|
“Electromagnetic characterization of supershaped lens antennas for high-frequency applications”. Bia P, Caratelli D, Mescia L, Gielis J page 1679 (2013).
Keywords: H1 Book chapter; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
|
|
|
“Mesoporous TiO2 from poly(N,N-dimethylacrylamide)-b-polystyrene block copolymers for long-term acetaldehyde photodegradation”. Billet J, Vandewalle S, Meire M, Blommaerts N, Lommens P, Verbruggen SW, De Buysser K, Du Prez F, Van Driesche I, Journal of materials science 55, 1933 (2019). http://doi.org/10.1007/S10853-019-04024-3
Abstract: Although already some mesoporous (2–50 nm) sol–gel TiO2 synthesis strategies exist, no pore size control beyond the 12 nm range is possible without using specialized organic structure-directing agents synthetized via controlled anionic/radical polymerizations. Here, we present the use of reversible addition–fragmentation chain transfer (RAFT) polymerization as a straightforward and industrial applicable alternative to the existing controlled polymerization methods for structure-directing agent synthesis. Poly(N,N-dimethylacrylamide)-block-polystyrene (PDMA-b-PS) block copolymer, synthesized via RAFT, was chosen as structure-directing agent for the formation of the mesoporous TiO2. Crack-free thin layers TiO2 with tunable pores from 8 to 45 nm could be acquired. For the first time, in a detailed and systematic approach, the influence of the block size and dispersity of the block copolymer is experimentally screened for their influence on the final meso-TiO2 layers. As expected, the mesoporous TiO2 pore sizes showed a clear correlation to the polystyrene block size and the dispersity of the PDMA-b-PS block copolymer. Surprisingly, the dispersity of the polymer was shown not to be affecting the standard deviation of the pores. As a consequence, RAFT could be seen as a viable alternative to the aforementioned controlled polymerization reactions for the synthesis of structure-directing agents enabling the formation of mesoporous pore size-controlled TiO2. To examine the photocatalytic activity of the mesoporous TiO2 thin layers, the degradation of acetaldehyde, a known indoor pollutant, was studied. Even after 3 years of aging, the TiO2 thin layer retained most of its activity.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 2.599
Times cited: 2
DOI: 10.1007/S10853-019-04024-3
|
|
|
“Aggregation of purple bacteria in an upflow photobioreactor to facilitate solid/liquid separation : impact of organic loading rate, hydraulic retention time and water composition”. Blansaer N, Alloul A, Verstraete W, Vlaeminck SE, Smets BF, Bioresource technology 348, 126806 (2022). http://doi.org/10.1016/J.BIORTECH.2022.126806
Abstract: Purple non-sulfur bacteria (PNSB) form an interesting group of microbes for resource recovery from wastewater. Solid/liquid separation is key for biomass and value-added products recovery, yet insights into PNSB aggregation are thus far limited. This study explored the effects of organic loading rate (OLR), hydraulic retention time (HRT) and water composition on the aggregation of Rhodobacter capsulatus in an anaerobic upflow photobioreactor. Between 2.0 and 14.6 gCOD/(L.d), the optimal OLR for aggregation was 6.1 gCOD/(L.d), resulting in a sedimentation flux of 5.9 kgTSS/(m2.h). With HRT tested between 0.04 and 1.00 d, disaggregation occurred at the relatively long HRT (1 d), possibly due to accumulation of thus far unidentified heat-labile metabolites. Chemical oxygen demand (COD) to nitrogen ratios (6–35 gCOD/gN) and the nitrogen source (ammonium vs. glutamate) also impacted aggregation, highlighting the importance of the type of wastewater and its pre-treatment. These novel insights to improve purple biomass separation pave the way for cost-efficient PNSB applications.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 11.4
DOI: 10.1016/J.BIORTECH.2022.126806
|
|
|
Blommaerts N (2019) Plasmonic core shell nanoparticles : from synthesis to photocatalytic applications. 153 p
Abstract: Het gebruik van plasmon-actieve nanodeeltjes heeft de laatste 10 jaar zeer veel interesse gewekt bij onderzoekers in verschillende toepassingsdomeinen zoals fotokatalyse of oppervlakte versterkte Raman spectroscopie. Er is echter een grote limiterende factor bij het gebruik van edelmetaal nanodeeltjes zoals goud en zilver en dat is de stabiliteit. Deze oxideren en aggregeren snel, zeker in oxidatieve omgeving zoals in lucht. Een interessante aanpak om plasmon-actieve nanodeeltjes te stabiliseren, is om ze te omgeven in een schil, met andere woorden om een kern-schil nanodeeltje te vormen. Er zijn een heel aantal verschillende manieren waarop kern-schil nanodeeltjes gesynthetiseerd kunnen worden. In eerste instantie werden metaal nanodeeltjes omgeven door een (dunne) TiO2 laag. Afhankelijk van de hoeveelheid TiO2 precursor kon de dikte van de laag gecontroleerd worden tot enkele nanometers dik. De stalen werden getest voor de fotokatalytische afbraak van een vaste laag stearinezuur waarbij toevoeging van 2 wt% metaal@TiO2 op P25 leidde tot een significante verbetering in afbraakefficiëntie in vergelijking met zuiver P25. Een andere manier voor het stabiliseren van metaal nanodeeltjes is door ze te omgeven met een polymeerschil. Op deze manier kon de laagdikte gecontroleerd worden met sub-nanometer controle wat een zeer belangrijke factor is voor de hoeveelheid near-field versterking dat buiten de polymeer schil kan gaan. Een XTT test werd uitgevoerd om te bepalen wat de zuurstofactivatie snelheid was van goud en zilver (en goud-zilver bimetallische) nanodeeltjes, al dan niet omgeven door een (niet-)geleidende polymeer laag. Wanneer de stalen gecoat werden met vier niet-geleidende polymeerlagen zakte de zuurstofactivatie nagenoeg tot nul. Aan de andere kant, als goud nanodeeltjes werden omgeven door een geleidende schil was er nog steeds zuurstofactivatie, hoewel lager dan in het geval van goud zonder laag. Het laatste deel van deze thesis focuste meer op mogelijke toepassingen in luchtzuivering. In dit werk werd een glazen buis, gecoat aan de binnenkant met (Ag@polymer gemodificeerd) TiO2, als een spiraal rond een UVA lamp gewikkeld. De geoptimaliseerde spiraalreactor werd dan vergeleken met een conventionele cilindervormige fotoreactor, met dezelfde dimensies en totale katalysatorbelading, over een grote range aan experimentele condities. Uit de resultaten bleek dat de spiraalreactor significant betere afbraakefficiënties vertoonde in vergelijking met de conventionele cilindervormige reactor over een grote range aan debieten. Een adsorptiestap in combinatie met de geoptimaliseerde spiraalreactor zou kunnen leiden tot een zeer krachtige luchtzuiveringstechnologie.
Keywords: Doctoral thesis; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
|
|
|
“Gas phase photocatalytic spiral reactor for fast and efficient pollutant degradation”. Blommaerts N, Asapu R, Claes N, Bals S, Lenaerts S, Verbruggen SW, Chemical engineering journal 316, 850 (2017). http://doi.org/10.1016/j.cej.2017.02.038
Abstract: Photocatalytic reactors for the degradation of gaseous organic pollutants often suffer from major limitations such as small reaction area, sub-optimal irradiation conditions and thus limited reaction rate. In this work, an alternative solution is presented that involves a glass tube coated on the inside with (silvermodified) TiO2 and spiraled around a UVA lamp. First, the spiral reactor is coated from the inside with TiO2 using an experimentally verified procedure that is optimized toward UV light transmission. This procedure is kept as simple as possible and involves a single casting step of a 1 wt% suspension of TiO2 in ethanol through the spiral. This results in a coated tube that absorbs nearly all incident UV light under the experimental conditions used. The optimized coated spiral reactor is then benchmarked to a conventional annular photoreactor of the same outer dimensions and total catalyst loading over a broad range of experimental conditions. Although residence time distribution experiments indicate slightly longer dwelling of molecules in the spiral reactor, no significant difference in by-passing of gas between the spiral reactor and the annular reactor can be claimed. Acetaldehyde degradation efficiency of 100% is obtained with the spiral reactor for a residence time as low as 60 s, whereas the annular reactor could not achieve full degradation even at 1000 s residence time. In a final case study, addition of long-term stable silver nanoparticles, protected by an ultra-thin polymer shell applied via the layer-by-layer (LbL) method, to the spiral reactor coating is shown to double the degradation efficiency and provides an interesting strategy to cope with higher pollutant concentrations without changing the overall dimensions.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Electron microscopy for materials research (EMAT); Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 6.216
Times cited: 30
DOI: 10.1016/j.cej.2017.02.038
|
|
|
“Ultrafast screening of commercial sorbent materials for VOC adsorption using real-time FTIR spectroscopy”. Blommaerts N, Dingenen F, Middelkoop V, Savelkouls J, Goemans M, Tytgat T, Verbruggen SW, Lenaerts S, Separation and purification technology 207, 284 (2018). http://doi.org/10.1016/J.SEPPUR.2018.06.062
Abstract: Recovery of valuable volatile organic compounds (VOCs) from waste streams is of great industrial importance. Adsorption on zeolites offers an economically and environmentally friendly alternative to conventional activated carbon. When evaluating the suitability of a given zeolite for a particular adsorption application, its adsorption capacity has to be determined. This is traditionally achieved using gas chromatography as an analysis tool, yielding only a few discrete sampling points that constitute the adsorption profile. Meanwhile, only low flow rates and low concentrations of volatile organics can be used, rendering the procedure troublesome and time consuming. Herein, we propose a tool for the fast screening of a large amount of zeolites using on-line and quasi real-time Fourier Transform Infrared Spectroscopy (FTIR). The technique was used to determine the adsorption capacity of three different commercial zeolites and two silica gels, for five industrially relevant VOCs: acetone; methanol; isohexane; isopentane; and toluene. A series of rapid measurements of the individual adsorption capacities were carried out to obtain a detailed overview of the versatility of the proposed method for the characterization of multi-component and multi-sorption bed systems.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 3.359
Times cited: 5
DOI: 10.1016/J.SEPPUR.2018.06.062
|
|
|
“Tuning the turnover frequency and selectivity of photocatalytic CO2 reduction to CO and methane using platinum and palladium nanoparticles on Ti-Beta zeolites”. Blommaerts N, Hoeven N, Arenas Esteban D, Campos R, Mertens M, Borah R, Glisenti A, De Wael K, Bals S, Lenaerts S, Verbruggen SW, Cool P, Chemical Engineering Journal 410, 128234 (2021). http://doi.org/10.1016/j.cej.2020.128234
Abstract: A Ti-Beta zeolite was used in gas phase photocatalytic CO2 reduction to reduce the charge recombination rate and increase the surface area compared to P25 as commercial benchmark, reaching 607 m2 g-1. By adding Pt nanoparticles, the selectivity can be tuned toward CO, reaching a value of 92% and a turnover frequency (TOF) of 96 µmol.gcat-1.h-1, nearly an order of magnitude higher in comparison with P25. By adding Pd nanoparticles the selectivity can be shifted from CO (70% for a bare Ti-Beta zeolite), toward CH4 as the prevalent species (60%). In this way, the selectivity toward CO or CH4 can be tuned by either using Pt or Pd. The TOF values obtained in this work outperform reported state-of-the-art values in similar research. The improved activity by adding the nanoparticles was attributed to an improved charge separation efficiency, together with a plasmonic contribution of the metal nanoparticles under the applied experimental conditions.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL); Electron microscopy for materials research (EMAT); Laboratory of adsorption and catalysis (LADCA); AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
Impact Factor: 6.216
Times cited: 15
DOI: 10.1016/j.cej.2020.128234
|
|
|
“Unraveling Structural Information of Turkevich Synthesized Plasmonic Gold-Silver Bimetallic Nanoparticles”. Blommaerts N, Vanrompay H, Nuti S, Lenaerts S, Bals S, Verbruggen SW, Small 15, 1902791 (2019). http://doi.org/10.1002/smll.201902791
Abstract: For the synthesis of gold-silver bimetallic nanoparticles, the Turkevich method has been the state-of-the-art method for several decades. It has been presumed that this procedure results in a homogeneous alloy, although this has been debatable for many years. In this work, it is shown that neither a full alloy, nor a perfect core-shell particle is formed but rather a core-shell-like particle with altering metal composition along the radial direction. In-depth wet-chemical experiments are performed in combination with advanced transmission electron microscopy, including EDX tomography, and Finite Element Method modeling to support the observations. From the electron tomography results, the core-shell structure could be clearly visualized and the spatial distribution of gold and silver atoms could be quantified. Theoretical simulations are performed to demonstrate that even though UV-Vis spectra show only one plasmon band, this still originates from core-shell type structures. The simulations also indicate that the core-shell morphology does not so much affect the location of the plasmon band, but mainly results in significant band broadening. Wet-chemistry experiments provide the evidence that the synthesis pathway starts with gold enriched alloy cores, and later on in the synthesis mainly silver is incorporated to end up with a silver enriched alloy shell.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Electron microscopy for materials research (EMAT); Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 8.643
Times cited: 26
DOI: 10.1002/smll.201902791
|
|
|
“Bio-based aromatic amines from lignin-derived monomers”. Blondiaux E, Bomon J, Smolen M, Kaval N, Lemière F, Sergeyev S, Diels L, Sels B, Maes BUW, ACS Sustainable Chemistry and Engineering 7, 6906 (2019). http://doi.org/10.1021/ACSSUSCHEMENG.8B06467
Abstract: A new approach to synthesize valuable 3,4-dialkoxyanilines and alkyl propionates from lignin-derived 4-propylguaiacol and -catechol with overall isolated yields up to 65% has been described. The strategy is based on the introduction of nitrogen via a Beckmann rearrangement. Amino introduction therefore coincides with a C-defunctionalization reaction; overall a replacement of the propyl chain by an amino group is obtained. The process only requires cheap bulk chemicals as reagents/reactants and does not involve column chromatography to purify the reaction products. Furthermore, all carbon atoms from the biorenewable lignin-derived monomers are transformed into valuable compounds. Greenness was assessed by performing a Green Metrics analysis on two dialkoxyanilines. A comparison was made with literature routes for these compounds starting from a petrochemical substrate.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Organic synthesis (ORSY); Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
DOI: 10.1021/ACSSUSCHEMENG.8B06467
|
|
|
“Use of online water quality monitoring for assessing the effects of WWTP overflows in rivers”. Boënne W, Desmet N, Van Looy S, Seuntjens P, Environmental science : processes &, impacts 16, 1510 (2014). http://doi.org/10.1039/C3EM00449J
Abstract: The effects on river water quality of sewer overflows are not well known. Since the duration of the overflow is in the order of magnitude of minutes to hours, continuous measurements of water quality are needed and traditional grab sampling is unable to quantify the pollution loads. The objective of this paper was to demonstrate the applicability of high frequency measurements for assessing the impacts of waste water treatment plants on the water quality of the receiving surface water. In our in situ water quality monitoring setup, two types of multiparameter sensors mounted on a floating fixed platform were used to determine the dynamics of dissolved oxygen, specific conductivity, ammonium-N, nitrate-N and dissolved organic carbon downstream of a waste water treatment plant (WWTP), in combination with data on rainfall, river discharge and WWTP overflow discharge. The monitoring data for water quantity and water quality were used to estimate the pollution load from waste water overflow events and to assess the impact of waste water overflows on the river water quality. The effect of sewer overflow on a small river in terms of N load was shown to be significant. The WWTP overflow events accounted for about 1/3 of the river discharge. The NH4-N loads during overflow events contributed 29% and 21% to the August 2010 and June 2011 load, respectively, in only 8% and 3% of the monthly time span. The results indicate that continuous monitoring is needed to accurately represent the effects of sewer overflows in river systems.
Keywords: A1 Journal article; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
DOI: 10.1039/C3EM00449J
|
|
|
“A database system for querying of river networks : facilitating monitoring and prediction applications”. Bollen E, Pagan BR, Kuijpers B, Van Hoey S, Desmet N, Hendrix R, Dams J, Seuntjens P, Water Science And Technology-Water Supply (2021). http://doi.org/10.2166/WS.2021.433
Abstract: The increasing availability of real-time in situ measurements and remote sensing observations have the potential to contribute to the optimization of water resources management. Global challenges such as climate change, intensive agriculture and urbanization put a high pressure on our water resources. Due to recent innovations in measuring both water quantity and quality, river systems can now be monitored in real time at an unprecedented spatial and temporal scale. To interpret the sensor measurements and remote sensing observations additional data for example on: the location of the measurement, upstream and downstream catchment characteristics, horizontal ellipsis are required. In this paper, we present a data management system to support flow-path related functionality for decision making and prediction modelling. Adding meta data sets and facilitating (near) real-time processing of sensor data questions are key concepts for the systems. The potential of the database framework for hydrological applications is demonstrated using different applications for the river system of Flanders. In one, the database framework is used to simulate the daily discharge for each segment within a catchment using a simple data-driven approach. The presented system is useful for numerous applications including pollution tracking, alerting and inter-sensor validation in river systems, or related networks.
Keywords: A1 Journal article; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 0.573
DOI: 10.2166/WS.2021.433
|
|
|
“Rapid automated measurement system for simultaneous determination of effective air-filled porosity and soil gas diffusivity”. Bonroy J, Volckaert M, Seuntjens P, Soil Science Society of America journal 75, 408 (2011). http://doi.org/10.2136/SSSAJ2010.0102
Abstract: The effective air-filled porosity and the gas diffusion coefficient are important soil parameters determining the success of soil bioremediation projects such as (bio)venting and (bio)sparging methods in combination with soil vapor extraction. We have developed a new method to sequentially measure the effective air-filled porosity and the soil gas diffusion coefficient of a soil sample. During the purging of the sample, a fast and accurate measurement of the effective air-filled porosity can be obtained. The subsequent diffusion measurement does not require a zero-O(2) concentration in the soil sample. The procedure further allows the calculation of the soil gas diffusion coefficient before an equilibrium O(2) concentration has been reached. The results are obtained by combining the data of the inlet and outlet compartment in a single equation. A stable reading is reached when the results for the inlet and outlet compartment coincide with the results from the combined equation. The analysis time is reduced by 89 to 96% compared with methods that run until an equilibrium concentration has been reached. Moreover, combining data from inlet and outlet compartments increases the accuracy of the diffusivity measurement by a factor of two compared with previous methods.
Keywords: A1 Journal article; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
DOI: 10.2136/SSSAJ2010.0102
|
|
|
Borah R (2022) Photoactive nanostructures : from single plasmonic nanoparticles to self-assembled films. xxxiv, 220 p
Abstract: Photoactive nanoparticles and their light-driven applications have gained tremendous scientific attention towards remediation of the global environmental problems, meeting alternative energy demands, and other new technological discoveries. The research work presented in this dissertation includes a fundamental investigation of such nanoparticles to gain deeper insights that will ultimately benefit their application. In particular, the study of plasmonic metal nanoparticles and metal oxide nanoparticles for light driven applications is the major theme of this work. The investigation begins with isolated plasmonic Au and Ag nanoparticles, followed by a natural extension to nanoparticle clusters, and then further to nanoparticle films. Next, the application of such plasmonic nanoparticle films for gaseous phase sensing of volatile organic compounds is explored. Finally, the film formation of metal-oxide nanoparticles by self-assembly is investigated for the fabrication of photoactive functional interfaces. The fundamental theoretical investigation of the isolated plasmonic nanoparticles encompasses alloy and core-shell nanostructures of Au-Ag bimetallic compositions. First, the optical properties of bimetallic alloy and core-shell nanoparticles are compared for different structures such as nanospheres, nanotriangles and nanorods. Based on the optical properties, the photothermal properties of these nanostructures are also evaluated for relevant light-driven applications. Further, to bridge the gap between the theoretical and experimental optical properties of colloidal plasmonic nanoparticles, the effect of different statistical parameters pertaining to the particle size distribution is studied. Going from isolated nanoparticles to nanoparticle clusters, the changes in the optical properties of plasmonic nanoparticles when they form finite clusters is investigated. A strong effect of clustering on the absorption intensities of the nanoparticles and hence, on the photothermal properties is found. Next, for the study of plasmonic nanoparticle infinite arrays, Au and Ag nanoparticles films are experimentally obtained by the self-assembly at the air-ethylene glycol interface. Upon further validation of the computational models with the experimental optical properties of these films, the near-field and far-field optical response of the plasmonic nanoparticle arrays is investigated. An application of the self-assembled Au nanoparticle film is then demonstrated in the sensing of volatile organic compounds (VOCs). Finally, the focus is shifted from plasmonic nanoparticles to metal oxide nanoparticles for their self-assembly at the air-water interface to obtain self-assembled films. For this, the hydrophobic functionalization of four metal oxides nanoparticles namely, TiO2, ZnO, WO3 and CuO is investigated. The insights from this work is useful for the design and fabrication of functional nanoparticles and interfaces for light driven applications.
Keywords: Doctoral thesis; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
|
|
|
“A review on self‐assembly of colloidal nanoparticles into clusters, patterns, and films : emerging synthesis techniques and applications”. Borah R, Ag KR, Minja AC, Verbruggen SW, Small methods , 1 (2023). http://doi.org/10.1002/SMTD.202201536
Abstract: The colloidal synthesis of functional nanoparticles has gained tremendous scientific attention in the last decades. In parallel to these advancements, another rapidly growing area is the self-assembly or self-organization of these colloidal nanoparticles. First, the organization of nanoparticles into ordered structures is important for obtaining functional interfaces that extend or even amplify the intrinsic properties of the constituting nanoparticles at a larger scale. The synthesis of large-scale interfaces using complex or intricately designed nanostructures as building blocks, requires highly controllable self-assembly techniques down to the nanoscale. In certain cases, for example, when dealing with plasmonic nanoparticles, the assembly of the nanoparticles further enhances their properties by coupling phenomena. In other cases, the process of self-assembly itself is useful in the final application such as in sensing and drug delivery, amongst others. In view of the growing importance of this field, this review provides a comprehensive overview of the recent developments in the field of nanoparticle self-assembly and their applications. For clarity, the self-assembled nanostructures are classified into two broad categories: finite clusters/patterns, and infinite films. Different state-of-the-art techniques to obtain these nanostructures are discussed in detail, before discussing the applications where the self-assembly significantly enhances the performance of the process.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 12.4
DOI: 10.1002/SMTD.202201536
|
|
|
“Heating of liquid foods in cans: Effects of can geometry, orientation, and food rheology”. Borah R, Gupta S, Mishra L, Chhabra RP, Journal Of Food Process Engineering , e13420 (2020). http://doi.org/10.1111/JFPE.13420
Abstract: In this work, the effect of geometry and orientation of food cans on the heating characteristics of processed liquid foods and the resulting lethality target values as a function of the processing times have been investigated. For this purpose, the governing differential equations have been solved numerically for elliptical and cylindrical cans of varying aspect ratios in different orientations in order to delineate their effect on the heating rate (especially of the slowest heating zone [SHZ]) and lethality values over wide ranges of rheological features including shear thinning (n < 1), Newtonian (n = 1), and shear thickening (n > 1) behaviors. The flow and heat transfer characteristics were analyzed with the help of velocity vectors, isotherm contours, average Nusselt number, SHZ temperature and heat penetration parameters, and lethality target values. Also, comparisons were made in terms of the sterilization time and heat penetration parameters to identify the preferable geometries and orientations of food cans for effective heating of non-Newtonian foodstuffs. Finally, favorable conditions in terms of the shape and orientation of the can and the rheological properties have been delineated which lead to superior heating characteristics. Practical Applications Processed foodstuffs are produced in various forms ranging from that in solid, liquid, or as heterogeneous mixtures. Often such liquid and heterogeneous suspensions products are viscous non-Newtonian in character and their thermal processing (including pasteurization, sterilization, etc.) tends to be much more challenging than that of their Newtonian counterparts like air and water. This work explores heating of non-Newtonian liquid foodstuffs in cans of various shapes, geometries and in different orientations in the free convection regime. The results show that depending upon the rheological properties of the products, some orientations and/or geometries offer potential advantages in terms of shorter processing times and lethality values. This information can be of great potential in customizing the design of containers for different food products as well as of different rheological properties.
Keywords: A1 Journal article; Pharmacology. Therapy; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 3
Times cited: 2
DOI: 10.1111/JFPE.13420
|
|
|
“Photothermal heating of Au nanorods and nanospheres : temperature characteristics and strength of convective forces”. Borah R, Kumar A, Samantaray M, Desai A, Tseng F-G, Plasmonics 18, 1449 (2023). http://doi.org/10.1007/S11468-023-01855-4
Abstract: The nanoscale photothermal effect and the optofluidic convection around plasmonic nanoparticles drive the application of such nanoparticles in micro-environment. In this work, heat transfer and fluid flow around Au nanospheres and nanorods in water medium under continuous and pulsed wave laser irradiance was investigated using an FEM based numerical framework. Au nanospheres of a wide range of diameter: 40 nm = Diameter (D) = 180 nm and relatively large nanorods (diameter: 50 nm) with varying aspect ratio (1 = Aspect ratio (A) = 5) and orientation (0 degrees = ? = 90 degrees, ? = 0 degrees, 90 degrees) with respect to the incident EM radiation were investigated for continuous wave (CW) and pulsed wave laser. It was found that although nanorods can attain much higher temperature than nanospheres, orientation of a nanorod is an important factor to be carefully considered in applications. In micro-scale spherical and hemispherical confinements (diameter < 14.4 p.m), the convective velocity fields around nanoparticles is in the order of 10-9 m/s, with only a weak effect of the slip or no-slip boundary condition on the confining walls. Importantly, the size of the confinement has a strong effect leading to an order of magnitude stronger convection for 14.4 p.m (diameter) spherical confinement as compared to 3.6 p.m confinement. Additionally close proximity of the nanoparticles to the confining walls strongly reduces (by an order of magnitude) the convective currents. The results reported herein provides important insights for the use of photothermal nanoparticles in microscale confined space (e.g. cellular environment) for applications such as optical tweezers, photoporation, etc.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 3
DOI: 10.1007/S11468-023-01855-4
|
|
|
“Plasmon resonance of gold and silver nanoparticle arrays in the Kretschmann (attenuated total reflectance) vs. direct incidence configuration”. Borah R, Ninakanti R, Bals S, Verbruggen SW, Scientific reports 12, 15738 (2022). http://doi.org/10.1038/S41598-022-20117-7
Abstract: While the behaviour of plasmonic solid thin films in the Kretschmann (also known as Attenuated Total Reflection, ATR) configuration is well-understood, the use of discrete nanoparticle arrays in this optical configuration is not thoroughly explored. It is important to do so, since close packed plasmonic nanoparticle arrays exhibit exceptionally strong light-matter interactions by plasmonic coupling. The present work elucidates the optical properties of plasmonic Au and Ag nanoparticle arrays in both the direct normal incidence and Kretschmann configuration by numerical models, that are validated experimentally. First, hexagonal close packed Au and Ag nanoparticle films/arrays are obtained by air–liquid interfacial assembly. The numerical models for the rigorous solution of the Maxwell’s equations are validated using experimental optical spectra of these films before systematically investigating various parameters. The individual far-field/near-field optical properties, as well as the plasmon relaxation mechanism of the nanoparticles, vary strongly as the packing density of the array increases. In the Kretschmann configuration, the evanescent fields arising from p – and s -polarized (or TM and TE polarized) incidence have different directional components. The local evanescent field intensity and direction depends on the polarization, angle of incidence and the wavelength of incidence. These factors in the Kretschmann configuration give rise to interesting far-field as well as near-field optical properties. Overall, it is shown that plasmonic nanoparticle arrays in the Kretschmann configuration facilitate strong broadband absorptance without transmission losses, and strong near-field enhancement. The results reported herein elucidate the optical properties of self-assembled nanoparticle films, pinpointing the ideal conditions under which the normal and the Kretschmann configuration can be exploited in multiple light-driven applications.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Electron microscopy for materials research (EMAT); Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 4.6
Times cited: 11
DOI: 10.1038/S41598-022-20117-7
|
|
|
“Selectivity in ligand functionalization of photocatalytic metal oxide nanoparticles for phase transfer and self‐assembly applications”. Borah R, Ninakanti R, Nuyts G, Peeters H, Pedrazo-Tardajos A, Nuti S, Vande Velde C, De Wael K, Lenaerts S, Bals S, Verbruggen S, Chemistry-A European Journal , chem.202100029 (2021). http://doi.org/10.1002/CHEM.202100029
Abstract: Functionalization of photocatalytic metal oxide nanoparticles of TiO 2 , ZnO, WO 3 and CuO with amine‐terminated (oleylamine) and thiol‐terminated (1‐dodecanethiol) alkyl chained ligands was studied under ambient conditions. A high selectivity was observed in the binding specificity of a ligand towards nanoparticles of these different oxides. It was observed that oleylamine binds stably to only TiO 2 and WO 3 , while 1‐dodecanethiol binds stably only to ZnO and CuO. Similarly, polar to non‐polar solvent phase transfer of TiO 2 and WO 3 nanoparticles could be achieved by using oleylamine, but not by 1‐dodecanethiol, while the contrary holds for ZnO and CuO. The surface chemistry of ligand functionalized nanoparticles was probed by ATR‐FTIR spectroscopy, that enabled to elucidate the occupation of the ligands at the active sites. The photo‐stability of the ligands on the nanoparticle surface was determined by the photocatalytic self‐cleaning properties of the material. While TiO 2 and WO 3 degrade the ligands within 24 hours under both UV and visible light, ligands on ZnO and CuO remain unaffected. The gathered insights are also highly relevant from an application point of view. As an example, since the ligand functionalized nanoparticles are hydrophobic in nature, they can thus be self‐assembled at the air‐water interface, for obtaining nanoparticle films with demonstrated photocatalytic as well as anti‐fogging properties.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Electron microscopy for materials research (EMAT); AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation); Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL); Intelligence in PRocesses, Advanced Catalysts and Solvents (iPRACS)
Impact Factor: 5.317
Times cited: 15
DOI: 10.1002/CHEM.202100029
|
|
|
“Self-assembled ligand-capped plasmonic Au nanoparticle films in the Kretschmann configuration for sensing of volatile organic compounds”. Borah R, Smets J, Ninakanti R, Tietze ML, Ameloot R, Chigrin DN, Bals S, Lenaerts S, Verbruggen SW, ACS applied nano materials 5, acsanm.2c02524 (2022). http://doi.org/10.1021/ACSANM.2C02524
Abstract: Films of close-packed Au nanoparticles are coupled electrodynamically through their collective plasmon resonances. This collective optical response results in enhanced light–matter interactions, which can be exploited in various applications. Here, we demonstrate their application in sensing volatile organic compounds, using methanol as a test case. Ordered films over several cm2 were obtained by interfacial self-assembly of colloidal Au nanoparticles (∼10 nm diameter) through controlled evaporation of the solvent. Even though isolated nanoparticles of this size are inherently nonscattering, when arranged in a close-packed film the plasmonic coupling results in a strong reflectance and absorbance. The in situ tracking of vapor phase methanol concentration through UV–vis transmission measurements of the nanoparticle film is first demonstrated. Next, in situ ellipsometry of the self-assembled films in the Kretschmann (also known as ATR) configuration is shown to yield enhanced sensitivity, especially with phase difference measurements, Δ. Our study shows the excellent agreement between theoretical models of the spectral response of self-assembled films with experimental in situ sensing experiments. At the same time, the theoretical framework provides the basis for the interpretation of the various observed experimental trends. Combining periodic nanoparticle films with ellipsometry in the Kretschmann configuration is a promising strategy toward highly sensitive and selective plasmonic thin-film devices based on colloidal fabrication methods for volatile organic compound (VOC) sensing applications.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Electron microscopy for materials research (EMAT); Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 5.9
Times cited: 11
DOI: 10.1021/ACSANM.2C02524
|
|
|
“Coupled plasmon modes in 2D gold nanoparticle clusters and their effect on local temperature control”. Borah R, Verbruggen SW, The journal of physical chemistry: C : nanomaterials and interfaces 123, 30594 (2019). http://doi.org/10.1021/ACS.JPCC.9B09048
Abstract: Assemblies of closely separated gold nanoparticles exhibit a strong collective plasmonic response due to coupling of the plasmon modes of the individual nanostructures. In the context of self-assembly of nanoparticles, close-packed two-dimensional (2D) clusters of spherical nanoparticles present an important composite system that promises numerous applications. The present study probes the collective plasmonic characteristics and resulting photothermal behavior of close-packed 2D Au nanoparticle clusters to delineate the effects of the cluster size, interparticle distance, and particle size. Smaller nanoparticles (20 and 40 nm in diameter) that exhibit low individual scattering and high absorption were considered for their relevance to photothermal applications. In contrast to typical literature studies, the present study compares the optical response of clusters of different sizes ranging from a single nanoparticle up to large assemblies of 61 nanoparticles. Increasing the cluster size induces significant changes to the spectral position and optophysical characteristics. Based on the model outcome, an optimal cluster size for maximum absorption per nanoparticle is also determined for enhanced photothermal effects. The effect of the particle size and interparticle distance is investigated to elucidate the nature of interaction in terms of near-field and far-field coupling. The photothermal effect resulting from absorption is compared for different cluster sizes and interparticle distances considering a homogeneous water medium. A strong dependence of the steady-state temperature of the nanoparticles on the cluster size, particle position in the cluster, incident light polarization, and interparticle distance provides new physical insight into the local temperature control of plasmonic nanostructures.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 4.536
DOI: 10.1021/ACS.JPCC.9B09048
|
|
|
“Silver–Gold Bimetallic Alloy versus Core–Shell Nanoparticles: Implications for Plasmonic Enhancement and Photothermal Applications”. Borah R, Verbruggen SW, Journal Of Physical Chemistry C , acs.jpcc.0c02630 (2020). http://doi.org/10.1021/acs.jpcc.0c02630
Abstract: Bimetallic plasmonic nanoparticles enable tuning of the optical response and chemical stability by variation of the composition. The present numerical simulation study compares Ag–Au alloy, Ag@Au core–shell, and Au@Ag core–shell bimetallic plasmonic nanoparticles of both spherical and anisotropic (nanotriangle and nanorods) shapes. By studying both spherical and anisotropic (with LSPR in the near-infrared region) shapes, cases with and without interband transitions of Au can be decoupled. Explicit comparisons are facilitated by numerical models supported by careful validation and examination of optical constants of Au–Ag alloys reported in the literature. Although both Au–Ag core–shell and alloy nanoparticles exhibit an intermediary optical response between that of pure Ag and Au nanoparticles, there are noticeable differences in the spectral characteristics. Also, the effect of the bimetallic constitution in anisotropic nanoparticles is starkly different from that in spherical nanoparticles due to the absence of Au interband transitions in the former case. In general, the improved chemical stability of Ag nanoparticles by incorporation of Au comes with a cost of reduction in plasmonic enhancement, also applicable to anisotropic nanoparticles with a weaker effect. A photothermal heat transfer study confirms that increased absorption by the incorporation of Au in spherical Ag nanoparticles also results in an increased steady-state temperature. On the other hand, anisotropic nanoparticles are inherently better absorbers and hence better photothermal sources, and their photothermal properties are apparently not strongly affected by the incorporation of one metal in the other. This study of the optical/spectral and photothermal characteristics of bimetallic Au–Ag alloy versus core–shell nanoparticles provides detailed physical insight for development of new taylor-made plasmonic nanostructures.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 3.7
DOI: 10.1021/acs.jpcc.0c02630
|
|
|
“Silver–Gold Bimetallic Alloy versus Core–Shell Nanoparticles: Implications for Plasmonic Enhancement and Photothermal Applications”. Borah R, Verbruggen SW, Journal Of Physical Chemistry C (2020). http://doi.org/10.1021/acs.jpcc.0c02630
Abstract: Bimetallic plasmonic nanoparticles enable tuning of the optical response and chemical stability by variation of the composition. The present numerical simulation study compares Ag–Au alloy, Ag@Au core–shell, and Au@Ag core–shell bimetallic plasmonic nanoparticles of both spherical and anisotropic (nanotriangle and nanorods) shapes. By studying both spherical and anisotropic (with LSPR in the near-infrared region) shapes, cases with and without interband transitions of Au can be decoupled. Explicit comparisons are facilitated by numerical models supported by careful validation and examination of optical constants of Au–Ag alloys reported in the literature. Although both Au–Ag core–shell and alloy nanoparticles exhibit an intermediary optical response between that of pure Ag and Au nanoparticles, there are noticeable differences in the spectral characteristics. Also, the effect of the bimetallic constitution in anisotropic nanoparticles is starkly different from that in spherical nanoparticles due to the absence of Au interband transitions in the former case. In general, the improved chemical stability of Ag nanoparticles by incorporation of Au comes with a cost of reduction in plasmonic enhancement, also applicable to anisotropic nanoparticles with a weaker effect. A photothermal heat transfer study confirms that increased absorption by the incorporation of Au in spherical Ag nanoparticles also results in an increased steady-state temperature. On the other hand, anisotropic nanoparticles are inherently better absorbers and hence better photothermal sources, and their photothermal properties are apparently not strongly affected by the incorporation of one metal in the other. This study of the optical/spectral and photothermal characteristics of bimetallic Au–Ag alloy versus core–shell nanoparticles provides detailed physical insight for development of new taylor-made plasmonic nanostructures.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 3.7
DOI: 10.1021/acs.jpcc.0c02630
|
|
|
“Effect of size distribution, skewness and roughness on the optical properties of colloidal plasmonic nanoparticles”. Borah R, Verbruggen SW, Colloids and surfaces: A: physicochemical and engineering aspects 640, 128521 (2022). http://doi.org/10.1016/j.colsurfa.2022.128521
Abstract: It is a generally accepted idea that the particle size distribution strongly affects the optical spectra of colloidal plasmonic nanoparticles. It is often quoted as one of the main reasons while explaining the mismatch between the theoretical and experimental optical spectra of such nanoparticles. In this work, these aspects are critically analyzed by means of a bottom up statistical approach that considers variables such as mean, standard deviation and skewness of the nanoparticle size distribution independently from one another. By assuming normal and log-normal distributions of the particle size, the effect of the statistical parameters on the Mie analytical optical spectra of colloidal nanoparticles was studied. The effect of morphology was also studied numerically in order to understand to what extent it can play a role. It is our finding that the particle polydispersity, skewness and surface morphology in fact only weakly impact the optical spectra. While, the selection of suitable optical constants with regard to the crystallinity of the nanoparticles is a far more influential factor for correctly predicting both the plasmon band position and the plasmon bandwidth in theoretical simulations of the optical spectra. It is shown that the mean particle size can be correctly estimated directly from the plasmon band position, as it is the mean that determines the resonance wavelength. The standard deviation can on the other hand be estimated from the intensity distribution data obtained from dynamic light scattering experiments. The results reported herein clear the ambiguity around particle size distribution and optical response of colloidal plasmonic nanoparticles.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 5.2
DOI: 10.1016/j.colsurfa.2022.128521
|
|
|
“Toward resilient organizations after COVID-19 : an analysis of circular and less circular companies”. Borms L, Brusselaers J, Vrancken KCM, Deckmyn S, Marynissen P, Resources, conservation and recycling 188, 106681 (2023). http://doi.org/10.1016/J.RESCONREC.2022.106681
Abstract: The COVID-19 pandemic had large repercussions for our economy and organizations. Improved resilience can give organizations the ability to withstand crises and build back better and faster. This article assesses resilience of organizations and sole proprietorships in the context of the COVID-19 pandemic with eight circular strategies as explanatory variables. Furthermore, these eight circular strategies are also used to assess the organizations' and sole proprietorships' resilience outside of the COVID-19 pandemic. This analysis is conducted to explain how circular strategies can help companies and sole proprietorships maintain stability. The analysis was performed by means of a survey conducted between May and June 2020 in Flanders (Belgium), using a sample of 542 respondents. After performing a regression analysis combined with expert opinions collected through interviews, we find that companies and sole proprietorships with a higher circularity score have a significantly higher resilience score during crises and during normal times, compared to less circular companies. Furthermore, we find that the size of the company does not matter during a crisis to adapt and react flexibly, while it is important when there is no crisis. Finally, we argue that it is the combination of different circular strategies which yields to the highest results for the organizations' resilience and we provide policy recommendations based on the most asked support measures.
Keywords: A1 Journal article; Economics; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL); Engineering Management (ENM)
Impact Factor: 13.2
DOI: 10.1016/J.RESCONREC.2022.106681
|
|
|
“An innovative air purification method and neural network algorithm applied to urban streets”. Boumahdi M, El Amrani C, Denys S, International journal of embedded and real-time communication systems 10, 1 (2019). http://doi.org/10.4018/IJERTCS.2019100101
Abstract: In the present work, multiphysics modeling was used to investigate the feasibility of a photocatalysis-based outdoor air purifying solution that could be used in high polluted streets, especially street canyons. The article focuses on the use of a semi-active photocatalysis in the surfaces of the street as a solution to remove anthropogenic pollutants from the air. The solution is based on lamellae arranged horizontally on the wall of the street, coated with a photocatalyst (TiO2), lightened with UV light, with a dimension of 8 cm × 48 cm × 1 m. Fans were used in the system to create airflow. A high purification percentage was obtained. An artificial neural network (ANN) was used to predict the optimal purification method based on previous simulations, to design purification strategies considering the energy cost. The ANN was used to forecast the amount of purified with a feed-forward neural network and a backpropagation algorithm to train the model.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
DOI: 10.4018/IJERTCS.2019100101
|
|
|
“On the concept of a supervisory, fuzzy set logic based, advanced filtration control in membrane bioreactors”. Brauns E, van Hoof E, Huyskens C, de Wever H, Desalination and water treatment 29, 119 (2011). http://doi.org/10.5004/DWT.2011.2258
Abstract: The filtration process within a membrane bioreactor (MBR) is mostly controlled in a classic way through typical set-points such as aeration flow rate, filtration duration, backwash frequency or relaxation duration. The values of these filtration set-points result from experience and remain often unchanged during the installations operational lifetime. Filtration is dictated considerably by membrane fouling phenomena. The fouling potential of the mixed liquor however can significantly fluctuate, even daily, from changing influent characteristics. Fixed set-point values thus may represent sub-optimal filtration conditions. Consequently, a supervising advanced control system, being able to continuously adapt the set-points values would be beneficial regarding the MBR filtration process optimization. Such optimization could reduce the corresponding MBR energy consumption, e.g. linked to the filtration related membrane aeration. An Advanced Control System (ACS) based on Fuzzy Set Logic (FSL) is introduced here, enabling to supervise an existing classic membrane filtration control system. Such ACS is able to daily (or even more frequent) optimize the set-points of the underlying classic control system, from the input of various sensor and process parameter values. The theoretical background and practical implementation of the FSL based ACS concept is explained.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
DOI: 10.5004/DWT.2011.2258
|
|
|
“Rhodotorula kratochvilovae outperforms Cutaneotrichosporon oleaginosum in the valorisation of lignocellulosic wastewater to microbial oil”. Broos W, Wittner N, Dries J, Vlaeminck SE, Gunde-Cimerman N, Cornet I, Process biochemistry (1991) 137, 229 (2024). http://doi.org/10.1016/J.PROCBIO.2024.01.009
Abstract: Rhodotorula kratochvilovae has shown to be a promising species for microbial oil production from lignin-derived compounds. Yet, information on R. kratochvilovae’s detoxification and microbial oil production is scarce. This study investigated the growth and microbial oil production on the phenolic-containing effluent from poplar steam explosion and its detoxification with five R. kratochvilovae strains (EXF11626, EXF9590, EXF7516, EXF3697, EXF3471) and compared them with Cutaneotrichosporon oleaginosum. The R. kratochvilovae strains reached a maximum growth rate up to four times higher than C. oleaginosum. Furthermore, all R. kratochvilovae strains generally degraded phenolics more rapidly and to a larger extent than C. oleaginosum. However, the diluted substrate limited the lipid production by all strains as the maximum lipid content and titre were 10.5% CDW and 0.40 g/L, respectively. Therefore, future work should focus on increasing lipid production by using advanced fermentation strategies and stimulating the enzyme excretion by the yeasts for complex substrate breakdown.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL); Biochemical Wastewater Valorization & Engineering (BioWaVE)
DOI: 10.1016/J.PROCBIO.2024.01.009
|
|
|
“Evaluation of lignocellulosic wastewater valorization with the oleaginous yeasts R. kratochvilovae EXF7516 and C. oleaginosum ATCC 20509”. Broos W, Wittner N, Geerts J, Dries J, Vlaeminck SE, Gunde-Cimerman N, Richel A, Cornet I, Fermentation 8, 204 (2022). http://doi.org/10.3390/FERMENTATION8050204
Abstract: During the conversion of lignocellulose, phenolic wastewaters are generated. Therefore, researchers have investigated wastewater valorization processes in which these pollutants are converted to chemicals, i.e., lipids. However, wastewaters are lean feedstocks, so these valorization processes in research typically require the addition of large quantities of sugars and sterilization, which increase costs. This paper investigates a repeated batch fermentation strategy with Rhodotorula kratochvilovae EXF7516 and Cutaneotrichosporon oleaginosum ATCC 20509, without these requirements. The pollutant removal and its conversion to microbial oil were evaluated. Because of the presence of non-monomeric substrates, the ligninolytic enzyme activity was also investigated. The repeated batch fermentation strategy was successful, as more lipids accumulated every cycle, up to a total of 5.4 g/L (23% cell dry weight). In addition, the yeasts consumed up to 87% of monomeric substrates, i.e., sugars, aromatics, and organics acids, and up to 23% of non-monomeric substrates, i.e., partially degraded xylan, lignin, cellulose. Interestingly, lipid production was only observed during the harvest phase of each cycle, as the cells experienced stress, possibly due to oxygen limitation. This work presents the first results on the feasibility of valorizing non-sterilized lignocellulosic wastewater with R. kratochvilovae and C. oleaginosum using a cost-effective repeated batch strategy.
Keywords: A1 Journal article; Pharmacology. Therapy; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL); Biochemical Wastewater Valorization & Engineering (BioWaVE)
DOI: 10.3390/FERMENTATION8050204
|
|
|
Buysse C (2011) Perovskite capillaries for gas separation in sustainable energy production. 201 p
Keywords: Doctoral thesis; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
|
|
|
“Development, performance and stability of sulfur-free, macrovoid-free BSCF capillaries for high temperature oxygen separation from air”. Buysse C, Kovalevsky A, Snijkers F, Buekenhoudt A, Mullens S, Luyten J, Kretzschmar J, Lenaerts S, Journal of membrane science 372, 239 (2011). http://doi.org/10.1016/J.MEMSCI.2011.02.011
Abstract: Capture and storage of CO2 (CCS) from fossil-fuel power plants is vital in order to counteract a pending anthropogenic global warming. High temperature oxygen transport perovskite membranes can fulfill an important role in the separation of oxygen from air needed in the oxy-fuel technologies for CCS. In this study we present the development, performance and stability of gastight, macrovoid-free and sulfur-free Ba0.5Sr0.5Co0.8Fe0.2O3 − δ (BSCF) mixed conductor capillary membranes prepared by phase-inversion spinning and sintering. A sulfur-free phase-inversion polymer was chosen in order to obtain a phase-pure BSCF crystal phase. Special attention was given to the polymer solution and ceramic spinning suspension in order to avoid macrovoids and achieve gastight membranes. The sulfur-free BSCF capillaries showed an average 4-point bending strength of 64 ± 8 MPa and a maximum oxygen flux of not, vert, similar5.3 Nml/(cm2 min) at 950 °C for an argon sweep flow rate of 125 Nml/min. The comparison of the performance of sulfur-free and sulfur-containing BSCF capillaries with similar dimensions revealed a profound impact of the sulfur contamination on both the oxygen flux and the activation energy of the overall oxygen transport mechanism. Both long-term oxygen permeation at different temperatures and post-operation analysis of a sulfur-free BSCF capillary were performed and discussed.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
Impact Factor: 6.035
Times cited: 32
DOI: 10.1016/J.MEMSCI.2011.02.011
|
|