“Microanalysis of museum aerosols related to the conservation of works of art”. Gysels K, Van Grieken R, (1999)
Keywords: P3 Proceeding; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
|
“Microanalytical study of the aluminum distribution in bullhead (Ictalurus nebulosus gills”. Eeckhaoudt S, Jacob W, Van Grieken R, Landsberg J, Watt F, Witters H, Microbeam analysis 4, 103 (1995)
Keywords: A1 Journal article; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
|
“Microbial ecology of high-rate versus conventional activated sludge : environmental and operational parameters shape microbial structure, co-occurrence and functionality”. Seuntjens D, Meerburg FA, Vlaeminck SE, Roume H, Pieper DH, Jauregui R, Vilchez-Vargas R, Boon N, , 4 p.
T2 (2016)
Keywords: P3 Proceeding; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
|
“Microbial fixation of CO2 in water bodies and in drylands to combat climate change, soil loss and desertification”. Rossi F, Olguin EJ, Diels L, De Philippis R, New biotechnology 32, 109 (2015). http://doi.org/10.1016/J.NBT.2013.12.002
Abstract: The growing concern for the increase of the global warming effects due to anthropogenic activities raises the challenge of finding novel technological approaches to stabilize CO2 emissions in the atmosphere and counteract impinging interconnected issues such as desertification and loss of biodiversity. Biological-CO2 mitigation, triggered through biological fixation, is considered a promising and eco-sustainable method, mostly owing to its downstream benefits that can be exploited. Microorganisms such as cyanobacteria, green algae and some autotrophic bacteria could potentially fix CO2 more efficiently than higher plants, due to their faster growth. Some examples of the potential of biological-CO2 mitigation are reported and discussed in this paper. In arid and semiarid environments, soil carbon sequestration (CO2 fixation) by cyanobacteria and biological soil crusts is considered an eco-friendly and natural process to increase soil C content and a viable pathway to soil restoration after one disturbance event. Another way for biological-CO2 mitigation intensively studied in the last few years is related to the possibility to perform carbon dioxide sequestration using microalgae, obtaining at the same time bioproducts of industrial interest. Another possibility under study is the exploitation of specific chemotrophic bacteria, such as Ralstonia eutropha (or picketii) and related organisms, for CO2 fixation coupled with the production chemicals such as polyhydroxyalkanoates (PHAs). In spite of the potential of these processes, multiple factors still have to be optimized for maximum rate of CO2 fixation by these microorganisms. The optimization of culture conditions, including the optimal concentration of CO2 in the provided gas, the use of metabolic engineering and of dual purpose systems for the treatment of wastewater and production of biofuels and high value products within a biorefinery concept, the design of photobioreactors in the case of phototrophs are some of the issues that, among others, have to be addressed and tested for cost-effective CO2 sequestration.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
DOI: 10.1016/J.NBT.2013.12.002
|
Muys M (2019) Microbial protein as sustainable feed and food ingredient : production and nutritional quality of phototrophs and aerobic heterotrophs. 262 p
Abstract: In iets meer dan 30 jaar moeten we tot 50% meer eiwit produceren, terwijl onze conventionele lineaire voedselproductieketen reeds de grenzen van duurzaamheid overschrijdt. Microbieel eiwit (MP), de eiwitrijke biomassa van micro-organismen, werd onderzocht als nieuw voeder en voedselingrediënt in een circulaire eiwitproductieketen. MP-productie kan gebaseerd zijn op primaire grondstoffen om zo de inefficiënte stappen in de huidige eiwitproductie over te slaan, of de productie kan gebaseerd zijn op secundaire grondstoffen afkomstig van de verliezen in de conventionele productieketen (bijvoorbeeld afvalwater). Zowel indirecte als directe strategiën voor nutriëntenherwinning kunnen geïdentificeerd worden. Indirecte nutriëntenherwinning werd onderzocht door struviet toe te passen als fosfor- en stikstofbron voor MP-productie. Struviet, een herwinningsproduct in de afvalwaterzuivering, bleek een hoge zuiverheidsgraad te hebben waardoor het een uitstekende selectieve barrière vormt tussen afvalstroom en MP productie. Oplossingssnelheden en MP groei-experimenten toonden aan dat struviet gemakkelijk gedoseerd kan worden in functie van de microbiële nutriëntenbehoeftes, waarnaast problemen vermeden worden gerelateerd aan de turbiditeit van nevenstromen, wat de productie van fototrofe MP mogelijk maakt. Daarnaast werd ook directe nutriëntenherwinning onderzocht. Hierbij werden de voedingswaarde en veiligheid geanalyseerd van biomassa bestaande uit aerobe heterotrofe bacteriën (AHB) afkomstig van effluentzuivering van 25 bedrijven in de voedings- en drankensector. Verder werd ook de temporele variabiliteit in kaart gebracht. Er werd een veelbelovend eiwitgehalte geobserveerd waarvan de variabiliteit aanzienlijke was. Verder werd aangetoond dat het eiwitgehalte positief gecorreleerd was met stikstofbelasting en negatief met slibverblijftijd, wat een indicatie is dat de implementatie van een geoptimaliseerd productieproces, de biomassakwaliteit gevoelig kan verhogen. Bovendien was de veiligheid als veevoeder gegarandeerd op vlak van de meeste contaminanten. In het daarop volgende hoofdstuk werd de variabiliteit in voedingswaarde en veiligheid bestudeerd van commerciële fototrofe MP (de microalgen Chlorella en Spirulina), gekweekt op primaire grondstoffen. De waargenomen variabiliteit in voedingswaarde vereist verdere optimalisatie van het productieproces. Er werd ook waargenomen dat een hoog eiwitgehalte geen hoge totale voedingswaarde impliceert, omdat de verteerbaarheid en de eiwitkwaliteit nog steeds ongunstig kunnen zijn. Op basis van gemeten contaminanten geeft een veilige consumptiedosis aan dat microalgen perfect kunnen worden geconsumeerd als volwaardige eiwitbron in plaats van als supplement, hun huidige hoofdtoepassing. In een laatste experimenteel hoofdstuk werd onderzocht hoe de variabiliteit in biomassakwaliteit van microalgen kan worden gereduceerd en hoe een stabiele, hoogwaardige biomassaproductie kan worden bekomen. De invloed van oogsttijd, operationele modus en fotoperiode werd bepaald op de productiviteit van biomassa, eiwit en essentiële aminozuren en er werden optimale productieparameters geïdentificeerd. Samengevat is MP-productie op basis van indirecte en directe nutriëntenherwinning veelbelovend. Verdere technologische ontwikkelingen en het verhogen van bewustwording en sociale acceptatie, moeten een verdere introductie van MP in de voeder- en voedingsmarkt faciliteren. Hier kan MP een belangrijke oplossing vertegenwoordigen om de exponentieel groeiende wereldbevolking op een duurzame manier te voeden.
Keywords: Doctoral thesis; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
|
Zhu W (2021) Microbial resource management for mainstream partial nitritation/anammox : strategies to enhance the nitrogen conversion efficiency. 207 p
Abstract: This thesis provides three potential ways to enhance the nitrogen removal efficiency of mainstream partial nitritation/anammox (PN/A), a key technology to enable energy-positive sewage treatment. In Chapter 1, the typical technologies to promote nitrogen removal efficiency are summarized. In Chapters 2 and 3, the concept ‘winter bioaugmentation with stored summer surplus sludge’ is proposed. Applying that, a cost-effective sludge preservation strategy is required. Preserving PN/A biomass without cooling and redox adjustment proved to be the cost-effective strategy. The reactivation of these stored sludges was also tested in low-temperature systems (15 and 10℃). Respectively 56% and 41% of granules activity compared to pre-storage activity (after Arrhenius-based temperature correction) could be recovered within a month (41% and 32% for flocs activity). In the end, the stored AnAOB bioaugmentation was successfully validated in the lab (20℃). In Chapter 4, a return-sludge nursery concept, applying the sidestream nitritation and blending the resulting effluent with mainstream effluent to achieve an intermediate temperature and nitrogen concentrations, is proposed. That led to a 33 – 36% increase in nitrogen removal efficiency. Arrhenius’ expectations (10 ℃ higher temperature, θ = 1.09) could only explain 49-51% of the activity increase in the nursery reactor, pointing to the role of other factors, e.g., the ~400% elevated electrical conductivity (15-16%), the 56-335% higher effluent nitrogen concentrations (12-14%), and the synergy and unknown factors (20-23%). Thus, the return-sludge biostimulation approach could also enhance nitrogen efficiency in the mainstream. In Chapter 5, the N2O emissions, linked to three typical nitrite-oxidizing bacteria (NOB) suppression strategies (low dissolved oxygen (DO) level, free ammonia (FA), and free nitrous acids (FNA) treatments) were tested in a biofilm system. A low emerged DO level (~0.60 mg O2 L-1) was effective to suppress NOB activity and decrease N2O emissions, but NOB adaptation gradually appeared after 200 days. Further NOB inhibition was successfully achieved by periodical (3 hours per week) FA (~30 mg NH3-N L-1) or FNA (~3 mg HNO2-N L-1) treatments. The FA treatment promoted N2O production, while the FNA treatment had no effect. Thus, PN/A systems should be operated at relatively low DO levels with periodical FNA treatment. In Chapter 6, the major findings proposed and the main conclusions drawn in this thesis are outlined. Beyond that, the possible design of a mainstream PN/A configuration that combined all described three technologies is demonstrated. Overall, the novel insights from this thesis potential to improve nitrogen removal efficiency in the mainstream.
Keywords: Doctoral thesis; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
|
“Microchemical investigation of bone derived from mice treated with strontium in different chemical forms using scanning electron microscopy and micro-Raman spectroscopy”. Jabłoński MB, Stefaniak EA, Darchuk L, Turzańska K, Gorzelak M, Kuduk R, Dorriné, W, Van Grieken R, Microchemical journal 108, 168 (2013). http://doi.org/10.1016/J.MICROC.2012.10.015
Abstract: We used SEM/EDX and micro-Raman spectroscopy to investigate the chemical changes (both on the level of elementary and molecular composition) of mice bones when strontium is incorporated in their microstructure after being administered in the form of two salts: chloride and ranelate. Strontium accumulated mainly in vicinity of bone edges, both cortical and close to bone marrow. The distribution of other elements comprising bone samples (Ca, P, Mg, K etc.) was also determined by energy-dispersive X-ray analysis (EDX). The area adjacent to a cortical bone edge with accumulated strontium has presented modified Raman spectral profiles. Besides most of the Raman bands typical for both mineral (hydroxyapatite with carbonate substitution type B) and organic phases of a bone, we observed a Raman band at 811 cm− 1. It was detected regularly in the sample with high strontium concentration.
Keywords: A1 Journal article; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
DOI: 10.1016/J.MICROC.2012.10.015
|
“Micromagnetic simulations of magnetoelastic spin wave excitation in scaled magnetic waveguides”. Duflou R, Ciubotaru F, Vaysset A, Heyns M, Sorée B, Radu IP, Adelmann C, Applied physics letters 111, 192411 (2017). http://doi.org/10.1063/1.5001077
Abstract: We study the excitation of spin waves in scaled magnetic waveguides using the magnetoelastic effect. In uniformly magnetized systems, normal strains parallel or perpendicular to the magnetization direction do not lead to spin wave excitation since the magnetoelastic torque is zero. Using micromagnetic simulations, we show that the nonuniformity of the magnetization in submicron waveguides due to the effect of the demagnetizing field leads to the excitation of spin waves for oscillating normal strains both parallel and perpendicular to the magnetization. The excitation by biaxial normal in-plane strain was found to be much more efficient than that by uniaxial normal out-of-plane strain. For narrow waveguides with a width of 200 nm, the excitation efficiency of biaxial normal in-plane strain was comparable to that of shear strain. Published by AIP Publishing.
Keywords: A1 Journal article; Condensed Matter Theory (CMT)
DOI: 10.1063/1.5001077
|
“Microscale profiling of photosynthesis-related variables in a highly productive biofilm photobioreactor”. Li T, Piltz B, Podola B, Dron A, de Beer D, Melkonian M, Biotechnology and bioengineering 113, 1046 (2016). http://doi.org/10.1002/BIT.25867
Abstract: In the present study depth profiles of light, oxygen, pH and photosynthetic performance in an artificial biofilm of the green alga Halochlorella rubescens in a porous substrate photobioreactor (PSBR) were recorded with microsensors. Biofilms were exposed to different light intensities (50-1,000mol photons m(-2) s(-1)) and CO2 levels (0.04-5% v/v in air). The distribution of photosynthetically active radiation showed almost identical trends for different surface irradiances, namely: a relatively fast drop to a depth of about 250 mu m, (to 5% of the incident), followed by a slower decrease. Light penetrated into the biofilm deeper than the Lambert-Beer Law predicted, which may be attributed to forward scattering of light, thus improving the overall light availability. Oxygen concentration profiles showed maxima at a depth between 50 and 150m, depending on the incident light intensity. A very fast gas exchange was observed at the biofilm surface. The highest oxygen concentration of 3.2mM was measured with 1,000mol photons m(-2) s(-1) and 5% supplementary CO2. Photosynthetic productivity increased with light intensity and/or CO2 concentration and was always highest at the biofilm surface; the stimulating effect of elevated CO2 concentration in the gas phase on photosynthesis was enhanced by higher light intensities. The dissolved inorganic carbon concentration profiles suggest that the availability of the dissolved free CO2 has the strongest impact on photosynthetic productivity. The results suggest that dark respiration could explain previously observed decrease in growth rate over cultivation time in this type of PSBR. Our results represent a basis for understanding the complex dynamics of environmental variables and metabolic processes in artificial phototrophic biofilms exposed to a gas phase and can be used to improve the design and operational parameters of PSBRs. Biotechnol. Bioeng. 2016;113: 1046-1055. (c) 2015 Wiley Periodicals, Inc.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
DOI: 10.1002/BIT.25867
|
“Microscopic synchroton radiation induced X-ray fluorescence analysis”. Janssens K, Vincze L, Aerts A, Vekemans B, Adams F, Jones K, Knöchel A, Mikrochimica acta: supplementum , 87 (1996)
Keywords: A3 Journal article; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
|
Janssens KHA, Adams FCV, Rindby A (2000) Microscopic X-ray fluorescence analysis. 419 p
Keywords: MA1 Book as author; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
|
“Microscopic X-ray fluorescence analysis”. Janssens K, Vincze L, Rubio J, Bernasconi G, Adams F, Journal of analytical atomic spectrometry 9, 151 (1994). http://doi.org/10.1039/JA9940900151
Keywords: A1 Journal article; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
DOI: 10.1039/JA9940900151
|
“Microscopic X-ray fluorescence analysis at second and third generation synchrotron sources”. Janssens K, Adams F, Debye Institute synchrotron chronicle , 9 (1997)
Keywords: A3 Journal article; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
|
“Microstructural criteria for the evaluation of stone susceptibility to sea-salt decay”. Moropoulou A, Koui M, Theoulakis P, Bakolas A, Roumpopoulos K, Michailidis P, Van Grieken R, Cardell-Fernandez C, (2002)
Keywords: P3 Proceeding; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
|
Penders AG (2022) Microstructural investigation of irradiation assisted stress corrosion cracking mechanisms based on focused ion beam analysis of tested and industrial specimens. xxxviii, 226 p
Abstract: Irradiation assisted stress corrosion cracking (IASCC) is an intergranular cracking effect which can occur in heavily irradiated internal structural components of nuclear reactor cores. It is a complex phenomenon which is not yet fully understood because it occurs through an interplay of several material degradation processes. The factors that influence IASCC susceptibility include irradiation damage (neutrons and other irradiation particles stemming from the nuclear fission reaction), the operating temperature of the nuclear reactor, water corrosion, operating stresses, and the composition of materials susceptible to IASCC. Such materials are typically fabricated from austenitic stainless steels because of their relatively high strength, ductility, and fracture toughness. However, besides excellent metallurgical and corrosion resistant qualities, the operating conditions may still cause severe material degradation and component failure, which is extremely important for nuclear power plant safety and lifetime managements. Despite much accumulated data in the literature, both crack initiation and crack propagation mechanisms still need to be further elucidated. To that end, a probabilistic fracture model entitled the subcritical crack propagation (SCP) was recently developed, which assumes that the oxidized part of stainless steel in front of the crack plays an essential role in the crack initiation and crack propagation in sample failures. Still, despite a very good agreement with experimental observations, the SCP model but also other contemporary models favoured within the literature, require further experimental verification to what concerns the investigation of (IA)SCC. To that end, the main objective of this doctorate was to utilize experimental instrumentations like SEM, FIB-SEM and (S)TEM to conduct the investigation of the crack initiation and propagation processes in both tested and industrial specimens. Some of the investigated materials were retrieved within a nuclear reactor and are thus considered as unique test material to investigate the material degradation processes relevant for cracking. Other specimens were tailor-made to simulate the cracking processes of irradiated materials in otherwise un-irradiated materials. The newly acquired experimental results in this doctorate help rationalize existing models and methodologies used in the literature to analyse the IASCC failures of structural materials of reactor components. These results also facilitate in the development of predictive methodologies and mitigation strategies towards IASCC cracking and provide more information on IASCC from a microstructural perspective.
Keywords: Doctoral thesis; Engineering sciences. Technology; Electron microscopy for materials research (EMAT)
|
“Microtwin sequences in thermoelastic NixAl100-x martensite studied by conventional and high resolution transmission electron microscopy”. Schryvers D, Philosophical magazine: A: physics of condensed matter: defects and mechanical properties 68, 1017 (1993). http://doi.org/10.1080/01418619308219383
Keywords: A1 Journal article; Electron microscopy for materials research (EMAT)
Times cited: 37
DOI: 10.1080/01418619308219383
|
“Mineral dust variability in central West Antarctica associated with ozone depletion”. Cataldo M, Evangelista H, Simões JC, Godoi RHM, Simmonds I, Hollanda MH, Wainer I, Aquino F, Van Grieken R, Atmospheric chemistry and physics 13, 2165 (2013). http://doi.org/10.5194/ACP-13-2165-2013
Abstract: We present here data of mineral dust variability retrieved from an ice core of the central West Antarctic, spanning the last five decades. Main evidence provided by the geochemical analysis is that northerly air mass incursions to the coring site, tracked by insoluble dust microparticles, have declined over the past 50 yr. This result contrasts with dust records from ice cores reported to the coastal West Antarctic that show increases since mid-20th century. We attribute this difference to regional climatic changes due to the ozone depletion and its implications to westerly winds. We found that the diameters of insoluble microparticles in the central West Antarctica ice core are significantly correlated with cyclone depth (energy) and wind intensity around Antarctica.
Keywords: A1 Journal article; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
DOI: 10.5194/ACP-13-2165-2013
|
“Mineral dust variability in central West Antarctica associated with ozone depletion”. Cataldo, Evangelista H, Simões JC, Godoi RHM, Simmonds I, Hollanda MH, Wainer I, Aquino FE, Van Grieken R, Atmospheric chemistry and physics discussions 12, 12685 (2012). http://doi.org/10.5194/ACPD-12-12685-2012
Abstract: Here we show that mineral dust retrieved from an ice core in the central West Antarctic sector, spanning the last five decades, provides evidence that northerly air mass incursions into Antarctica, tracked by dust microparticles, have slightly declined. This result contrasts with dust in ice core records reported in West/coastal Antarctica, which show significant increases to the present day. We attribute that difference, in part, to changes in the regional climate regime triggered by the ozone depletion and its consequences for the polar vortex intensity. The vortex maintains the Antarctic central region relatively isolated from mid-latitude air mass incursions with implications to the intensification of the Westerlies and to a persistent positive phase of the Southern Annular Mode. We also show that variability of the diameter of insoluble microparticles in central West Antarctica can be modeled by linear/quadratic functions of both cyclone depth (energy) and wind intensity around Antarctica.
Keywords: A1 Journal article; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
DOI: 10.5194/ACPD-12-12685-2012
|
“Minimizing recalcitrant organics and maximizing nitrogen removal linked to advanced biosolids processing at Blue Plains WWTP”. Zhang Q, Higgins MJ, Vlaeminck SE, DeBarbadillo C, Suzuki R, Kharkar SM, Al-Omari A, Wett B, Chandran K, Murthy S, De Clippeleir H, , 12 p.
T2 (2017)
Keywords: P3 Proceeding; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
|
“Minimum requirements for reporting analytical data for environmental samples”. Egli H, Dassenakis M, Garelick H, Van Grieken R, Peijnenburg WJGM, Klasinc L, Kördel W, Priest N, Tavares T, Pure and applied chemistry 75, 1097 (2003). http://doi.org/10.1351/PAC200375081097
Keywords: A1 Journal article; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
DOI: 10.1351/PAC200375081097
|
“Mitigation of nitrous oxide emission from nitritation/denitritation process”. Peng L, Carvajal-Arroyo JM, Seuntjens D, Colica G, Pintucci C, Vlaeminck SE, , 3 p.
T2 (2017)
Keywords: P3 Proceeding; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
|
“Mixed layers in copper based superconducting materials”. Hervieu, Van Tendeloo G, Michel, Pelloquin, Raveau, Microscopy, microanalysis, microstructures 7, 107 (1996). http://doi.org/10.1051/mmm:1996109
Abstract: Recently discovered series of high Tc superconductors, characterized by the existence of two types of cations within the same layer, are presented. The first family concerns the mercury based cuprates, Hg(1-x)M(x)A(2)Ca(m-1)Cu(m)O(2m+2+delta), with A = Ba and/or Sr, which exhibit structures closely related to that of the thallium cuprates TlBa2Cam-1CumO2m+3. They differ from the thallium cuprates by a high oxygen deficiency at the level of the mercury layer. It is shown that cations such as M = Cu, Pb, Tl, Bi, Ce, Pr, Cr, V, Mo, W, Ti, Sr, Ca,... can partially substitute for mercury ions, stabilizing the structures. The cationic composition of the layer depends indeed on the nature of the M cation but also on that of the alkaline earth A. For given A and M cations, the a: value remains unchanged even when the number of copper layers varies. M and Hg cations are either statistically distributed over the same site or ordered. Different types of ordering have been detected. Another way of generating mixed layers is to shear periodically the structure, leading to the formation of the so called ''collapsed phase''. In the collapsed bismuth cuprates, bismuth and copper segments, a few octahedra long, alternate in strongly waving layers. In the collapsed oxycarbonates, carbonate groups and M cations are ordered within the intermediate layer so that they can be simply described from a partial and ordered substitution of carbon for Hg,TI, Bi and other M cations building the intermediate layer. The oxycarbonitrates (Y1-xCax)(n)Ba2nCu3n-1(C,N)O3O7n-3 can also be described as an ordered substitution of carbon for copper in the 123 matrix. The different families of superconducting materials which are generated by such mechanisms are described as well as the way the different species are distributed within the mixed layers. Their influence on the physical properties are discussed.
Keywords: A1 Journal article; Electron microscopy for materials research (EMAT)
Times cited: 2
DOI: 10.1051/mmm:1996109
|
“Mixed valent iron oxides with the 0201-1201 intergrowth structure: (Pb1-xTlx)Sr4Fe2O9 (0≤x≤1)”. Daniel P, Barbey L, Groult D, Nguyen N, Van Tendeloo G, Raveau B, European journal of solid state and inorganic chemistry 31, 235 (1994)
Keywords: A1 Journal article; Electron microscopy for materials research (EMAT)
Times cited: 12
|
“Mobile depth profiling and sub-surface imaging techniques for historical paintings : a review”. Alfeld M, Broekaert JAC, Spectrochimica acta: part B : atomic spectroscopy 88, 211 (2013). http://doi.org/10.1016/J.SAB.2013.07.009
Abstract: Hidden, sub-surface paint layers and features contain valuable information for the art-historical investigation of a painting's past and for its conservation for coming generations. The number of techniques available for the study of these features has been considerably extended in the last decades and established techniques have been refined. This review focuses on mobile non-destructive subsurface imaging and depth profiling techniques, which allow for the in-situ investigation of easel paintings, i.e. paintings on a portable support. Among the techniques discussed are: X-ray radiography and infrared reflectography, which are long established methods and are in use for several decades. Their capabilities of element/species specific imaging have been extended by the introduction of energy/wavelength resolved measurements. Scanning macro-X-ray fluorescence analysis made it for the first time possible to acquire elemental distribution images in-situ and optical coherence tomography allows for the non-destructive study the surface paint layers in virtual cross-sections. These techniques and their variants are presented next to other techniques, such as Terahertz imaging, Nuclear Magnetic Resonance depth profiling and established techniques for non destructive testing (thermography, ultrasonic imaging and laser based interference methods) applied in the conservation of historical paintings. Next to selected case studies the capabilities and limitations of the techniques are discussed. (C) 2013 Elsevier B.V. All rights reserved.
Keywords: A1 Journal article; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
DOI: 10.1016/J.SAB.2013.07.009
|
“Model-based assessment of estrogen removal by nitrifying activated sludge”. Peng L, Dai X, Liu Y, Sun J, Song S, Ni B-J, Chemosphere 197, 430 (2018). http://doi.org/10.1016/J.CHEMOSPHERE.2018.01.035
Abstract: Complete removal of estrogens such as estrone (E1), estradiol (E2), estriol (E3) and ethinylestradiol (EE2) in wastewater treatment is essential since their release and accumulation in natural water bodies are giving rise to environment and health issues. To improve our understanding towards the estrogen bioremediation process, a mathematical model was proposed for describing estrogen removal by nitrifying activated sludge. Four pathways were involved in the developed model: i) biosorption by activated sludge flocs; ii) cometabolic biodegradation linked to ammonia oxidizing bacteria (AOB) growth; iii) non growth biodegradation by AOB; and iv) biodegradation by heterotrophic bacteria (HB). The degradation kinetics was implemented into activated sludge model (ASM) framework with consideration of interactions between substrate update and microorganism growth as well as endogenous respiration. The model was calibrated and validated by fitting model predictions against two sets of batch experimental data under different conditions. The model could satisfactorily capture all the dynamics of nitrogen, organic matters (COD), and estrogens. Modeling results suggest that for El, E2 and EE2, AOB-linked biodegradation is dominant over biodegradation by HB at all investigated COD dosing levels. However, for E3, the increase of COD dosage triggers a shift of dominant pathway from AOB biodegradation to HB biodegradation. Adsorption becomes the main contributor to estrogen removal at high biomass concentrations. (C) 2018 Elsevier Ltd. All rights reserved.
Keywords: A1 Journal article; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
DOI: 10.1016/J.CHEMOSPHERE.2018.01.035
|
De wael A (2021) Model-based quantitative scanning transmission electron microscopy for measuring dynamic structural changes at the atomic scale. xiv, 146 p
Abstract: Nanomaterialen kunnen uiterst interessante eigenschappen vertonen voor een verscheidenheid aan veelbelovende toepassingen, gaande van zonnecrème tot batterijen voor elektrische auto’s. Een nanometer is een miljard keer kleiner dan een meter. Op deze schaal kunnen de materiaaleigenschappen volledig verschillen van bulkmaterialen op grotere schaal. Bovendien hangen de eigenschappen van nanomaterialen sterk af van hun exacte grootte en vorm. Kleine verschillen in de posities van de atomen, in de grootte-orde van een picometer (nog eens duizend maal kleiner dan een nanometer), kunnen de fysische eigenschappen al drastisch beïnvloeden. Daarom is een betrouwbare kwantificering van de atomaire structuur van kritisch belang om de evolutie naar materiaalontwerp mogelijk te maken en inzicht te verwerven in de relatie tussen de fysische eigenschappen en de structuur van nanomaterialen. Daarnaast kan de atomaire structuur van nanomaterialen ook veranderen in de loop van de tijd ten gevolge van verschillende fysische processen. Het onderzoek dat in deze thesis gepresenteerd wordt, maakt het mogelijk om de dynamische structuurveranderingen van nanomaterialen betrouwbaar te kwantificeren op atomaire schaal door gebruik te maken van raster transmissie elektronenmicroscopie (STEM). Ik heb dit gerealiseerd door methodes te ontwikkelen waarmee ik het aantal atomen “achter elkaar” kan tellen in elke atoomkolom van een nanomateriaal, en dit op basis van beelden opgenomen met een elektronenmicroscoop. Een belangrijk verschil met telmethodes voor de analyse van een enkel beeld is het schatten van de kans dat een atoomkolom atomen zal verliezen of bijkrijgen van het ene naar het andere beeld in de tijdreeks. Deze kwantitatieve methode kan het ontrafelen van de tijdsafhankelijke structuur-eigenschappen relatie van een nanomateriaal mogelijk maken, wat uiteindelijk kan leiden tot efficiënter design en productie van nanomaterialen voor innovatieve toepassingen.
Keywords: Doctoral thesis; Electron microscopy for materials research (EMAT)
|
“Model-based scenario analysis of the impact of remediation measures on metal leaching from soils contaminated by historic smelter emissions”. Joris I, Bronders J, van der Grift B, Seuntjens P, Journal of environmental quality 43, 859 (2014). http://doi.org/10.2134/JEQ2013.07.0287
Abstract: A spatially distributed model for leaching of Cd from the unsaturated zone was developed for the Belgian-Dutch transnational Kempen region. The model uses as input land-use maps, atmospheric deposition data, and soil data and is part of a larger regional model that simulates transport of Cd in soil, groundwater, and surface water. A new method for deriving deposition from multiple sites was validated using soil data in different wind directions. Leaching was calculated for the period 1890 to 2010 using a reconstruction of metal loads in the region. The model was able to reproduce spatial patterns of concentrations in soil and groundwater and predicted the concentration in shallow groundwater adequately well for the purpose of evaluating management options. For 42% of the data points, measurements and calculations were within the same concentration class. The model was used for forecasting under a reference scenario, an autonomous development scenario including climate change, and a scenario with implementation of remediation measures. The impact of autonomous development (under the most extreme scenario of climatic change) amounted to an increase of 10% in cumulative Cd flux after 100 yr as compared with the reference scenario. The impact of remediation measures was mainly local and is less pronounced (i.e., only 3% change in cumulative flux at the regional scale). The integrated model served as a tool to assist in developing management strategies and prioritization of remediation of the wide-spread heavy metal contamination in the region.
Keywords: A1 Journal article; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
DOI: 10.2134/JEQ2013.07.0287
|
“Modeling electron competition among nitrogen oxides reduction and N2Oaccumulation in hydrogenotrophic denitrification”. Liu Y, Ngo HH, Guo W, Peng L, Chen X, Wang D, Pan Y, Ni B-J, Biotechnology and bioengineering 115, 978 (2018). http://doi.org/10.1002/BIT.26512
Abstract: Hydrogenotrophic denitrification is a novel and sustainable process for nitrogen removal, which utilizes hydrogen as electron donor, and carbon dioxide as carbon source. Recent studies have shown that nitrous oxide (N2O), a highly undesirable intermediate and potent greenhouse gas, can accumulate during this process. In this work, a new mathematical model is developed to describe nitrogen oxides dynamics, especially N2O, during hydrogenotrophic denitrification for the first time. The model describes electron competition among the four steps of hydrogenotrophic denitrification through decoupling hydrogen oxidation and nitrogen reduction processes using electron carriers, in contrast to the existing models that couple these two processes and also do not consider N2O accumulation. The developed model satisfactorily describes experimental data on nitrogen oxides dynamics obtained from two independent hydrogenotrophic denitrifying cultures under various hydrogen and nitrogen oxides supplying conditions, suggesting the validity and applicability of the model. The results indicated that N2O accumulation would not be intensified under hydrogen limiting conditions, due to the higher electron competition capacity of N2O reduction in comparison to nitrate and nitrite reduction during hydrogenotrophic denitrification. The model is expected to enhance our understanding of the process during hydrogenotrophic denitrification and the ability to predict N2O accumulation.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
DOI: 10.1002/BIT.26512
|
Nikolova I (2012) Modeling emission, formation and dispersion of ultrafine particles in an urban environment. 191 p
Keywords: Doctoral thesis; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
|
“Modeling in mathematics : proceedings of the second Tbilisi-Salerno workshop on modeling in mathematics”. Gielis J, Ricci PE, Tavkhelidze I page 185 p. (2017).
Keywords: ME3 Book as editor; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
DOI: 10.2991/978-94-6239-261-8
|
