|
Muys M (2019) Microbial protein as sustainable feed and food ingredient : production and nutritional quality of phototrophs and aerobic heterotrophs. 262 p
Abstract: In iets meer dan 30 jaar moeten we tot 50% meer eiwit produceren, terwijl onze conventionele lineaire voedselproductieketen reeds de grenzen van duurzaamheid overschrijdt. Microbieel eiwit (MP), de eiwitrijke biomassa van micro-organismen, werd onderzocht als nieuw voeder en voedselingrediënt in een circulaire eiwitproductieketen. MP-productie kan gebaseerd zijn op primaire grondstoffen om zo de inefficiënte stappen in de huidige eiwitproductie over te slaan, of de productie kan gebaseerd zijn op secundaire grondstoffen afkomstig van de verliezen in de conventionele productieketen (bijvoorbeeld afvalwater). Zowel indirecte als directe strategiën voor nutriëntenherwinning kunnen geïdentificeerd worden. Indirecte nutriëntenherwinning werd onderzocht door struviet toe te passen als fosfor- en stikstofbron voor MP-productie. Struviet, een herwinningsproduct in de afvalwaterzuivering, bleek een hoge zuiverheidsgraad te hebben waardoor het een uitstekende selectieve barrière vormt tussen afvalstroom en MP productie. Oplossingssnelheden en MP groei-experimenten toonden aan dat struviet gemakkelijk gedoseerd kan worden in functie van de microbiële nutriëntenbehoeftes, waarnaast problemen vermeden worden gerelateerd aan de turbiditeit van nevenstromen, wat de productie van fototrofe MP mogelijk maakt. Daarnaast werd ook directe nutriëntenherwinning onderzocht. Hierbij werden de voedingswaarde en veiligheid geanalyseerd van biomassa bestaande uit aerobe heterotrofe bacteriën (AHB) afkomstig van effluentzuivering van 25 bedrijven in de voedings- en drankensector. Verder werd ook de temporele variabiliteit in kaart gebracht. Er werd een veelbelovend eiwitgehalte geobserveerd waarvan de variabiliteit aanzienlijke was. Verder werd aangetoond dat het eiwitgehalte positief gecorreleerd was met stikstofbelasting en negatief met slibverblijftijd, wat een indicatie is dat de implementatie van een geoptimaliseerd productieproces, de biomassakwaliteit gevoelig kan verhogen. Bovendien was de veiligheid als veevoeder gegarandeerd op vlak van de meeste contaminanten. In het daarop volgende hoofdstuk werd de variabiliteit in voedingswaarde en veiligheid bestudeerd van commerciële fototrofe MP (de microalgen Chlorella en Spirulina), gekweekt op primaire grondstoffen. De waargenomen variabiliteit in voedingswaarde vereist verdere optimalisatie van het productieproces. Er werd ook waargenomen dat een hoog eiwitgehalte geen hoge totale voedingswaarde impliceert, omdat de verteerbaarheid en de eiwitkwaliteit nog steeds ongunstig kunnen zijn. Op basis van gemeten contaminanten geeft een veilige consumptiedosis aan dat microalgen perfect kunnen worden geconsumeerd als volwaardige eiwitbron in plaats van als supplement, hun huidige hoofdtoepassing. In een laatste experimenteel hoofdstuk werd onderzocht hoe de variabiliteit in biomassakwaliteit van microalgen kan worden gereduceerd en hoe een stabiele, hoogwaardige biomassaproductie kan worden bekomen. De invloed van oogsttijd, operationele modus en fotoperiode werd bepaald op de productiviteit van biomassa, eiwit en essentiële aminozuren en er werden optimale productieparameters geïdentificeerd. Samengevat is MP-productie op basis van indirecte en directe nutriëntenherwinning veelbelovend. Verdere technologische ontwikkelingen en het verhogen van bewustwording en sociale acceptatie, moeten een verdere introductie van MP in de voeder- en voedingsmarkt faciliteren. Hier kan MP een belangrijke oplossing vertegenwoordigen om de exponentieel groeiende wereldbevolking op een duurzame manier te voeden.
Keywords: Doctoral thesis; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
|
|
|
“Leaching of two fungicides in spent mushroom substrate amended soil : I influence of amendment rate, fungicide ageing and flow condition”. Álvarez-Martín A, Sanchez-Martin MJ, Ordax JM, Marin-Benito JM, Sonia Rodriguez-Cruz M, The science of the total environment 584, 828 (2017). http://doi.org/10.1016/J.SCITOTENV.2017.01.126
Abstract: A study has been conducted on the leaching of two fungicides, tebuconazole and cymoxanil, in a soil amended with spent mushroom substrate (SMS), with an evaluation of how different factors influence this process.The objective was based on the potential use of SMS as a biosorbent for immobilizing pesticides in vulnerable soils, and the need to know how it could affect the subsequent transport of these retained compounds. Breakthrough curves (BTCs) for C-14-fungicides, non-incubated and incubated over 30 days, were obtained in columns packed with an unamended soil (S), and this soil amended with SMS at rates of 5% (S + SMS5) and 50% (S + SMS50) under saturated and saturated-unsaturated flows. The highest leaching of tebuconazole (> 50% of the total C-14 added) was found in S when a saturated water flow was applied to the column, but the percentage of leached fungidde decreased when a saturated-unsaturated flow was applied in both SMS-amended soils. Also a significant decrease in teaching was observed for tebuconazole after incubation in the column, especially in S + SMS50 when both flows were applied. Furthermore, cymoxanil leaching was complete in S and S + SMS when a saturated flow was applied, and maximum peak concentrations were reached at 1 pore volume (PV), although BTCs showed peaks with lower concentrations in S + SMS. The amounts of cymoxanil retained only increased in S + SMS when a saturated-unsaturated flow was applied. A more relevant effect of SMS for reducing the leaching of fungidde was observed when cymoxanil was previously incubated in the column, although mineralization was enhanced in this case. These results are of interest for extending SMS application on the control of the leaching of fungicides with different physicochemical characteristics after different ageing times in the soil and water flow conditions applied. (C) 2017 Elsevier B.V. All rights reserved.
Keywords: A1 Journal article; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
DOI: 10.1016/J.SCITOTENV.2017.01.126
|
|
|
“Sorption and desorption of organophosphate esters with different hydrophobicity by soils”. Cristale J, Álvarez-Martín A, Rodriguez-Cruz S, Sanchez-Martin MJ, Lacorte S, Environmental Science and Pollution Research 24, 27870 (2017). http://doi.org/10.1007/S11356-017-0360-0
Abstract: Organophosphate esters (OPEs) are ubiquitous contaminants with potentially hazardous effects on both the environment and human health. Knowledge about the soil sorption-desorption process of organic chemicals is important in order to understand their fate, mobility, and bioavailability, enabling an estimation to be made of possible risks to the environment and biota. The aim of this study was to use the batch equilibrium technique to evaluate the sorption-desorption behavior of seven OPEs (TCEP, TCPP, TBEP, TDCP, TBP, TPhP, and EHDP) in soils with distinctive characteristics (two unamended soils and a soil amended with sewage sludge). The equilibrium concentrations of the OPEs were determined by high performance liquid chromatography coupled to a triple quadrupole mass spectrometer (HPLC-MS/MS). All the compounds were sorbed by the soils, and soil organic carbon (OC) played an important role in this process. The sorption of the most soluble OPEs (TCEP, TCPP, and TBEP) depended on soil OC content, although desorption was 58.1%. The less water-soluble OPEs (TDCP, TBP, TPhP, and EHDP) recorded total sorption (100% for TPhP and EHDP) or very high sorption (34.9%) by all the soils and were not desorbed, which could be explained by their highly hydrophobic nature, as indicated by the logarithmic octanol/water partition coefficient (K-ow) values higher than 3.8, resulting in a high affinity for soil OC. The results of the sorption-desorption of the OPEs by soils with different characteristics highlighted the influence of these compounds' physicochemical properties and the content and nature of soil OC in this process.
Keywords: A1 Journal article; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
DOI: 10.1007/S11356-017-0360-0
|
|
|
“Tomato plants rather than fertilizers drive microbial community structure in horticultural growing media”. Grunert O, Robles-Aguilar AA, Hernandez-Sanabria E, Schrey SD, Reheul D, Van Labeke M-C, Vlaeminck SE, Vanderkerckhove TGL, Mysara M, Monsieurs P, Temperton VM, Boon N, Jablonowski ND, Scientific reports 9, 9561 (2019). http://doi.org/10.1038/S41598-019-45290-0
Abstract: Synthetic fertilizer production is associated with a high environmental footprint, as compounds typically dissolve rapidly leaching emissions to the atmosphere or surface waters. We tested two recovered nutrients with slower release patterns, as promising alternatives for synthetic fertilizers: struvite and a commercially available organic fertilizer. Using these fertilizers as nitrogen source, we conducted a rhizotron experiment to test their effect on plant performance and nutrient recovery in juvenile tomato plants. Plant performance was significantly improved when organic fertilizer was provided, promoting higher shoot biomass. Since the microbial community influences plant nitrogen availability, we characterized the root-associated microbial community structure and functionality. Analyses revealed distinct root microbial community structure when different fertilizers were supplied. However, plant presence significantly increased the similarity of the microbial community over time, regardless of fertilization. Additionally, the presence of the plant significantly reduced the potential ammonia oxidation rates, implying a possible role of the rhizosheath microbiome or nitrification inhibition by the plant. Our results indicate that nitrifying community members are impacted by the type of fertilizer used, while tomato plants influenced the potential ammonia-oxidizing activity of nitrogen-related rhizospheric microbial communities. These novel insights on interactions between recovered fertilizers, plant and associated microbes can contribute to develop sustainable crop production systems.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Sustainable Energy, Air and Water Technology (DuEL)
DOI: 10.1038/S41598-019-45290-0
|
|
|
“Win-win possibilities through capacity tariffs and battery storage in microgrids”. Milis K, Peremans H, Springael J, Van Passel S, Renewable &, Sustainable Energy Reviews 113, 109238 (2019). http://doi.org/10.1016/J.RSER.2019.06.045
Abstract: This paper investigates the impact of capacity tariff design on microgrids. While the possible benefits for utilities of capacity tariffs are well researched, comparatively little work has been done investigating the effects of capacity pricing on prosumers. Through simulating a grid connected microgrid and solving the day-ahead dispatch problem for a calendar year, we show that a well-designed capacity tariff will not only smooth out demand profiles, but could also lead to less erratic charge/discharge cycles in a real-time pricing scenario, lessening battery degradation. These results show that a properly designed capacity tariff has the potential to be beneficial for both the utilities as well as the battery-owning prosumer. Furthermore, we propose a new, heuristic approach to solve the day-ahead economic dispatch problem, which we prove to be effective and efficient. Additionally, we demonstrate that our novel approach does not impose mathematical restrictions such as continuous differentiability of the objective function. We show that the proposed capacity tariff achieves the stated aim of promoting battery storage uptake and that our novel method allows for compression and shorter run times.
Keywords: A1 Journal article; Economics; Engineering sciences. Technology; Engineering Management (ENM)
Impact Factor: 8.05
Times cited: 1
DOI: 10.1016/J.RSER.2019.06.045
|
|
|
Ghorbanfekr Kalashami H (2019) Graphene-based membranes and nanoconfined water : molecular dynamics simulation study. 243 p
Keywords: Doctoral thesis; Condensed Matter Theory (CMT); Plasma Lab for Applications in Sustainability and Medicine – Antwerp (PLASMANT)
|
|
|
Li L (2019) First-principles studies of novel two-dimensional dirac materials. 152 p
Keywords: Doctoral thesis; Engineering sciences. Technology; Condensed Matter Theory (CMT)
|
|
|
“Machine Learning for Fast Characterization of Magnetic Logic Devices”. Kaintura A, Foss K, Couckuyt I, Dhaene T, Zografos O, Vaysset A, Sorée B, (edaps 2018) (2018)
Abstract: Non-charge-based logic devices are promising candidates for future logic circuits. Interest in studying and developing these devices has grown dramatically in the past decade as they possess key advantages over conventional CMOS technology. Due to their novel designs, a large number of micromagnetic simulations are required to fully characterize the behavior of these devices. The number and complexity of these simulations place large computational requirements on device development. We use state-of-the-art machine learning techniques to expedite identification of their behavior. Several intelligent sampling strategies are combined with machine learning multi-class classification models. These techniques are applied to a recently developed exchange-driven magnetic logic scheme that utilizes direct exchange coupling as the main driver.
Keywords: P1 Proceeding; Condensed Matter Theory (CMT)
|
|
|
“Metallic ceramics for low resitivity interconnects : an ab initio insight”. Sankaran K, Moors K, Dutta S, Adelmann C, Tokei Z, Pourtois G, Proceedings of the IEEE ... International Interconnect Technology Conference
T2 –, IEEE International Interconnect Technology Conference (IITC), JUN 04-07, 2018, Santa Clara, CA , 160 (2018)
Abstract: The scalability potential of low resistivity ternary metallic alloys (MAX) as an interconnect medium has been benchmarked against copper through first-principle simulations. We report that some carbon and nitrogen MAX phases have the potential to display a reduced sensitivity of their intrinsic resistivity to scaling, while showing improved electromigration properties.
Keywords: P1 Proceeding; Plasma Lab for Applications in Sustainability and Medicine – Antwerp (PLASMANT)
|
|
|
“Alternative Metals: from ab initio Screening to Calibrated Narrow Line Models”. Adelmann C, Sankaran K, Dutta S, Gupta A, Kundu S, Jamieson G, Moors K, Pinna N, Ciofi I, Van Elshocht S, Bommels J, Boccardi G, Wilson CJ, Pourtois G, Tokei Z, Proceedings of the IEEE ... International Interconnect Technology Conference
T2 –, IEEE International Interconnect Technology Conference (IITC), JUN 04-07, 2018, Santa Clara, CA , 154 (2018). http://doi.org/10.1109/IITC.2018.8456484
Abstract: We discuss the selection and assessment of alternative metals by a combination of ab initio computation of electronic properties, experimental resistivity assessments, and calibrated line resistance models. Pt-group metals as well as Nb are identified as the most promising elements, with Ru showing the best combination of material properties and process maturity. An experimental assessment of the resistivity of Ru, Ir, and Co lines down to similar to 30 nm(2) is then used to devise compact models for line and via resistance that can be compared to Cu predictions. The main advantage of alternative metals originates from the possibility for barrierless metallization.
Keywords: P1 Proceeding; Plasma Lab for Applications in Sustainability and Medicine – Antwerp (PLASMANT)
DOI: 10.1109/IITC.2018.8456484
|
|
|
“Getting rid of anti-solvents: gas quenching for high performance perovskite solar cells”. Conings B, Babayigit A, Klug M, Bai S, Gauquelin N, Sakai N, Wang JT-W, Verbeeck J, Boyen H-G, Snaith H, 2018 Ieee 7th World Conference On Photovoltaic Energy Conversion (wcpec)(a Joint Conference Of 45th Ieee Pvsc, 28th Pvsec &, 34th Eu Pvsec) (2018). http://doi.org/10.1109/PVSC.2018.8547987
Abstract: As the field of perovskite optoelectronics developed, a plethora of strategies has arisen to control their electronic and morphological characteristics for the purpose of producing high efficiency devices. Unfortunately, despite this wealth of deposition approaches, the community experiences a great deal of irreproducibility between different laboratories, batches and preparation methods. Aiming to address this issue, we developed a simple deposition method based on gas quenching that yields smooth films for a wide range of perovskite compositions, in single, double, triple and quadruple cation varieties, and produces planar heterojunction devices with competitive efficiencies, so far up to 20%.
Keywords: P1 Proceeding; Engineering sciences. Technology; Electron microscopy for materials research (EMAT)
DOI: 10.1109/PVSC.2018.8547987
|
|
|
“Disconnecting Symmetry Breaking from Seeded Growth for the Reproducible Synthesis of High Quality Gold Nanorods”. Gonzalez-Rubio G, Kumar V, Llombart P, Diaz-Nunez P, Bladt E, Altantzis T, Bals S, Pena-Rodriguez O, Noya EG, MacDowell LG, Guerrero-Martinez A, Liz-Marzan LM, ACS nano 13, 4424 (2019). http://doi.org/10.1021/ACSNANO.8B09658
Abstract: One of the major difficulties hindering the widespread application of colloidal anisotropic plasmonic nanoparticles is the limited robustness and reproducibility of multistep synthetic methods. We demonstrate herein that the reproducibility and reliability of colloidal gold nanorod (AuNR) synthesis can be greatly improved by disconnecting the symmetry-breaking event from the seeded growth process. We have used a modified silver-assisted seeded growth method in the presence of the surfactant hexadecyltrimethylammonium bromide and n-decanol as a co-surfactant to prepare small AuNRs in high yield, which were then used as seeds for the growth of high quality AuNR colloids. Whereas the use of n-decanol provides a more-rigid micellar system, the growth on anisotropic seeds avoids sources of irreproducibility during the symmetry breaking step, yielding uniform AuNR colloids with narrow plasmon bands, ranging from 600 to 1270 nm, and allowing the fine-tuning of the final dimensions. This method provides a robust route for the preparation of high quality AuNR colloids with tunable morphology, size, and optical response in a reproducible and scalable manner.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Electron microscopy for materials research (EMAT); Applied Electrochemistry & Catalysis (ELCAT)
Impact Factor: 13.942
Times cited: 100
DOI: 10.1021/ACSNANO.8B09658
|
|
|
“Disclosing the binding medium effects and the pigment solubility in the (photo)reduction process of chrome yellows (PbCrO4/PbCr1-xSxO4)”. Monico L, Sorace L, Cotte M, de Nolf W, Janssens K, Romani A, Miliani C, ACS Omega 4, 6607 (2019). http://doi.org/10.1021/ACSOMEGA.8B03669
Abstract: The darkening due to chemical alteration of chrome yellows (PbCrO4/PbCr1-xSxO4) is a phenomenon threatening a large number of 19th-20th century paintings, including the Amsterdam Sunflowers by Vincent van Gogh. Our earlier studies have proven that the alteration is due to a Cr(VI) -> Cr(III) reduction with Cr(V)-species that are formed as long-lived intermediates and that bCr(1-x)S(x)O(4) (0 < x <= 0.8) types undergo reduction more readily than monoclinic, S-free, PbCrO4. In this context, there is still lack of knowledge about the effects of the chemical properties of the binding medium (i.e., chemical composition and drying process) and the solubility of chrome yellows on the overall reduction pathways. Here, we study a series of naturally and photochemically aged mock-up paints prepared by mixing chrome yellow powders (PbCrO4/PbCr0.2S0.8O4) with either linseed oil or a water-based acrylic emulsion as the binding medium. Equivalent paints made up of the highly soluble K2CrO4 were also investigated and used as benchmarks to provide a more in-depth understanding of the influence of the solubility on the chromate reduction pathways in the two different binders. A combination of synchrotron radiation-based Cr K-edge X-ray absorption near edge structure (XANES), electron paramagnetic resonance (EPR), and UV-Visible spectroscopy measurements shows that: (1) the Cr(VI) reduction results from the interaction between the pigment and the binder; (2) the process is more significant in oil, giving rise to Cr(V)- and Cr(III)-species as well as oxidized organic compounds; (3) the lightfastness of the chrome yellow pigment is enhanced in the acrylic binder; and (4) the tendency toward chromium reduction increases with increasing solubility of the pigment. Based on our findings, we propose a scheme for the mechanism of the (photo)reduction process of chrome yellows in the oil and acrylic binder. Overall, our results provide new insights into the factors driving the degradation of lead chromate-based paints in artworks and contribute to the development of strategies for preserving them over time.
Keywords: A1 Journal article; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
Times cited: 4
DOI: 10.1021/ACSOMEGA.8B03669
|
|
|
“Rembrandt's An Old Man in Military Costume : combining hyperspectral and MA-XRF imaging to understand how two paintings were painted on a single panel”. MacLennan D, Trentelman K, Szafran Y, Woollett AT, Delaney JK, Janssens K, Dik J, Journal of the American Institute for Conservation 58, 54 (2019). http://doi.org/10.1080/01971360.2018.1540245
Abstract: Over the past several decades the painting An Old Man in Military Costume by Rembrandt Harmensz van Rijn (ca. 1630-31; J. Paul Getty Museum, 78.PB.246) has been the subject of a number of investigations carried out in order to better visualize a second painting beneath the surface figure. The underlying image – the head and shoulders of a man wearing a cloak – is oriented 180 degrees from the upper image and appears to be fairly complete. Scanning macro x-ray fluorescence (XRF) spectroscopy reveals the face is painted with lead white and a mercury-containing pigment (likely vermilion), and the cloak is painted with a copper-containing pigment. Following the revelation and digital color reconstruction of the underlying figure, a number of questions still remained. Here, through the use of infrared reflectance imaging spectroscopy (i.e., hyperspectral imaging) and macro-XRF imaging spectroscopy, together with cross-sections taken from targeted areas, the sequence of painting in both compositions was explored. Of particular interest was the discovery of evidence of multiple attempts to situate the lower figure, and the subsequent application of a blocking-out layer over the lower figure before the artist rotated the panel and executed the upper figure. In addition, examination of the placement of the two images on the panel adds to our understanding of the subtle complexities of Rembrandt's working process. RESUMEAu cours des dernieres decennies, la peinture Le vieil homme en costume militaire de Rembrandt Harmensz van Rijn (ca. 1630-31; J. Paul Getty Museum, 78.PB.246) a fait l'objet de nombreuses investigations menees dans le but de mieux visualiser une seconde peinture dissimulee sous la surface. L'image sous-jacente – la tete et les epaules d'un homme vetu d'une cape – est orientee a 180 degres de de l'image du vieil homme, et elle semble assez complete. La spectroscopie a macro-balayage de fluorescence X (MA-XRF) revele que le visage est peint avec du blanc de plomb et un pigment contenant du mercure (comme le vermillon), et que la cape est peinte avec un pigment a base de cuivre. Plusieurs questions restaient en suspens suite a cette decouverte et a la reconstruction numerique en couleur de l'image sous-jacente. Grace a l'emploi de techniques d'imagerie comme la spectroscopie proche infrarouge (ex., imagerie hyperspectrale) et l'imagerie MA-XRF, combinees a l'analyse de coupes stratigraphiques prelevees a des endroits cibles, on a pu explorer la sequence d'application des couches picturales de chacune des deux compositions. Une decouverte particulierement interessante est la preuve que l'artiste a fait plusieurs tentatives pour positionner la figure sous-jacente puis, a ensuite applique une couche pour la recouvrir completement avant de faire pivoter le panneau et peindre la figure du vieil homme. De plus, l'examen du positionnement des deux images sur le panneau ajoute a notre comprehension de la subtile complexite du processus de creation de Rembrandt. Traduit par Elisabeth Forest. RESUMONas ultimas decadas, a pintura Um Velho em Traje Militar, de Rembrandt Harmensz van Rijn (ca. 1630-31; J. Paul Getty Museum, 78.PB.246), foi objeto de uma serie de investigacoes realizadas para visualizar melhor uma segunda pintura abaixo da figura aparente. A imagem subjacente – a cabeca e os ombros de um homem usando uma capa – e orientada a 180 graus da imagem superior e parece estar bastante completa. O macro mapeamento de imagem por espectroscopia de fluorescencia de raios X (FRX) revela que a face e pintada com branco de chumbo e um pigmento contendo mercurio (provavelmente vermelhAo), e a capa e pintada com um pigmento contendo cobre. Apos a descoberta e reconstrucAo digital da cor da figura subjacente, uma serie de questoes ainda permanecem. EntAo, atraves da utilizacAo do mapeamento por imagem de espectroscopia de refletancia por infravermelhos (i.e. mapeamento hiperespectral) e macro mapeamento por imagem de FRX, juntamente com cortes estratigraficos de amostras retiradas de areas de interesse, a pintura em ambas as composicoes foi explorada. De particular interesse foi a descoberta de evidencias de multiplas tentativas de posicionar a figura subjacente, e a subsequente aplicacAo de uma camada intermediaria de separacAo sobre a figura inferior antes do artista girar o painel e executar a figura superior. Alem disso, o exame da colocacAo das duas imagens no painel aumenta nossa compreensAo das sutis complexidades do processo de trabalho de Rembrandt. Traduzido por Marcia Rozzi e Beatriz Haspo. RESUMENA lo largo de las ultimas decadas, la pintura Un anciano con traje militar de Rembrandt Harmensz van Rijn (ca. 1630-31; J. Paul Getty Museum, 78.PB.246) ha sido objeto de varias investigaciones realizadas con el fin de visualizar mejor una segunda pintura debajo de la figura de la superficie. La imagen subyacente, la cabeza y los hombros de un hombre que lleva una capa, esta orientada a 180 grados de la imagen superior y parece estar bastante completa. La espectroscopia de fluorescencia de rayos X (XRF) de barrido revela que la cara esta pintada con blanco de plomo y un pigmento que contiene mercurio (probablemente bermellon), y la capa esta pintada con un pigmento que contiene cobre. Tras la revelacion y la reconstruccion digital del color de la figura subyacente, aun quedaban algunas preguntas. Aqui, por medio del uso de la espectroscopia de imagenes de reflectancia infrarroja (es decir, imagenes hiperespectrales) e imagenes macro-XRF, junto con las secciones transversales tomadas de areas especificas, se exploro la secuencia de pintura en ambas composiciones. De particular interes fue el descubrimiento de evidencia de multiples intentos de situar la figura inferior, y la aplicacion posterior de una capa de bloqueo sobre la figura inferior antes de que el artista rotara el panel y ejecutara la figura superior. Ademas, el examen de la colocacion de las dos imagenes en el panel contribuye a nuestra comprension de las sutiles complejidades del proceso de trabajo de Rembrandt. Traduccion: Amparo Rueda.
Keywords: A1 Journal article; Art; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
Times cited: 2
DOI: 10.1080/01971360.2018.1540245
|
|
|
“Insights into the C Distribution in Si:C/Si:C:P and the Annealing Behavior of Si:C Layers”. Dhayalan SK, Nuytten T, Pourtois G, Simoen E, Pezzoli F, Cinquanta E, Bonera E, Loo R, Rosseel E, Hikavyy A, Shimura Y, Vandervorst W, ECS journal of solid state science and technology 8, P209 (2019). http://doi.org/10.1149/2.0181903JSS
Abstract: Si:C and Si:C:P alloys are potential candidates for source-drain stressor applications in n-type Fin Field Effect Transistors (FinFETs). Increasing the C content to achieve high strain results in the arrangement of C atoms as third nearest neighbors (3nn) in the Si: C lattice. During thermal annealing, the presence of C atoms as 3nn may promote clustering at the interstitial sites, causing loss of stress. The concentration of C atoms as 3nn is reduced by the incorporation of a small amount of Ge atoms during the growth, whereas in-situ P doping does not influence this 3nn distribution [J Solid State Sci. Technol vol 6, p 755, 2017]. Small amounts of Ge are provided during low temperature selective epitaxial growth scheme, which are based on cyclic deposition and etching (CDE). In this work, we aim to provide physical insights into the aforementioned phenomena, to understand the behavior of 3nn C atoms and the types of defects that are formed in the annealed Si: C films. Using ab-initio simulations, the Ge-C interaction in the Si matrix is investigated and this insight is used to explain how the Ge incorporation leads to a reduced 3nn distribution of the C atoms. The interaction between C and P in the Si: C: P films is also investigated to explain why the P incorporation has not led to a reduction in the 3nn distribution. We then report on the Raman characterization of Si: C layers subjected to post epi annealing. As the penetration depth of the laser is dependent on the wavelength, Raman measurements at two different wavelengths enable us to probe the depth distribution of 3nn C atoms after applying different annealing conditions. We observed a homogeneous loss in 3nn C throughout the layer. Whereas in the kinematic modeling of high resolution X-ray diffraction spectra, a gradient in the substitutional C loss was observed close to the epitaxial layer/substrate interface. This gradient can be due to the out diffusion of C atoms into the Si substrate or to the formation of interstitial C clusters, which cannot be distinguished in HR-XRD. Deep Level Transient Spectroscopy indicated that the prominent out-diffusing species was interstitial CO complex while the interstitial C defects were also prevalent in the epi layer. (c) 2019 The Electrochemical Society.
Keywords: A1 Journal article; Plasma Lab for Applications in Sustainability and Medicine – Antwerp (PLASMANT)
Impact Factor: 1.787
DOI: 10.1149/2.0181903JSS
|
|
|
“Enhancement of surface discharge in catalyst pores in dielectric barrier discharges”. Gu J-G, Zhang Y, Gao M-X, Wang H-Y, Zhang Q-Z, Yi L, Jiang W, Journal of applied physics 125, 153303 (2019). http://doi.org/10.1063/1.5082568
Abstract: The generation of high-density plasmas on the surface of porous catalysts is very important for plasma catalysis, as it determines the active surface of the catalyst that is available for the reaction. In this work, we investigate the mechanism of surface and volume plasma streamer formation and propagation near micro-sized pores in dielectric barrier discharges operating in air at atmospheric pressure. A two-dimensional particle-in-cell/ Monte Carlo collision model is used to model the individual kinetic behavior of plasma species. Our calculations indicate that the surface discharge is enhanced on the surface of the catalyst pores compared with the microdischarge inside the catalyst pores. The reason is that the surface ionization wave induces surface charging along the catalyst pore sidewalls, leading to a strong electric field along the pore sidewalls, which in turn further enhances the surface discharge. Therefore, highly concentrated reactive species occur on the surfaces of the catalyst pores, indicating high-density plasmas on the surface of porous catalysts. Indeed, the maximum electron impact excitation and ionization rates occur on the pore surface, indicating the more pronounced production of excited state and electron-ion pairs on the pore surface than inside the pore, which may profoundly affect the plasma catalytic process. Published under license by AIP Publishing.
Keywords: A1 Journal article; Plasma Lab for Applications in Sustainability and Medicine – Antwerp (PLASMANT)
Impact Factor: 2.068
Times cited: 4
DOI: 10.1063/1.5082568
|
|
|
“A Facet-Specific Quantum Dot Passivation Strategy for Colloid Management and Efficient Infrared Photovoltaics”. Kim Y, Che F, Jo JW, Choi J, de Arquer FPG, Voznyy O, Sun B, Kim J, Choi M-J, Quintero-Bermudez R, Fan F, Tan CS, Bladt E, Walters G, Proppe AH, Zou C, Yuan H, Bals S, Hofkens J, Roeffaers MBJ, Hoogland S, Sargent EH, Advanced materials 31, 1805580 (2019). http://doi.org/10.1002/ADMA.201805580
Abstract: Colloidal nanocrystals combine size- and facet-dependent properties with solution processing. They offer thus a compelling suite of materials for technological applications. Their size- and facet-tunable features are studied in synthesis; however, to exploit their features in optoelectronic devices, it will be essential to translate control over size and facets from the colloid all the way to the film. Larger-diameter colloidal quantum dots (CQDs) offer the attractive possibility of harvesting infrared (IR) solar energy beyond absorption of silicon photovoltaics. These CQDs exhibit facets (nonpolar (100)) undisplayed in small-diameter CQDs; and the materials chemistry of smaller nanocrystals fails consequently to translate to materials for the short-wavelength IR regime. A new colloidal management strategy targeting the passivation of both (100) and (111) facets is demonstrated using distinct choices of cations and anions. The approach leads to narrow-bandgap CQDs with impressive colloidal stability and photoluminescence quantum yield. Photophysical studies confirm a reduction both in Stokes shift (approximate to 47 meV) and Urbach tail (approximate to 29 meV). This approach provides a approximate to 50% increase in the power conversion efficiency of IR photovoltaics compared to controls, and a approximate to 70% external quantum efficiency at their excitonic peak.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Electron microscopy for materials research (EMAT)
Impact Factor: 19.791
Times cited: 74
DOI: 10.1002/ADMA.201805580
|
|
|
“Disruption of self-organized striated structure induced by secondary electron emission in capacitive oxygen discharges”. Wang L, Wen D-Q, Zhang Q-Z, Song Y-H, Zhang Y-R, Wang Y-N, Plasma sources science and technology 28, 055007 (2019). http://doi.org/10.1088/1361-6595/AB17AE
Abstract: Self-organized striated structure has been observed experimentally and numerically in CF4 plasmas in radio-frequency capacitively coupled plasmas recently (Liu et al 2016 Phys. Rev. Lett. 116 255002). In this work, the striated structure is investigated in a capacitively coupled oxygen discharge with the introduction of the effect from the secondary electron emission, based on a particle-in-cell/Monte Carlo collision model. As we know, the transport of positive and negative ions plays a key role in the formation of striations in electronegative gases, for which, the electronegativity needs to be large enough. As the secondary electron emission increases, electrons in the sheaths gradually contribute more ionization to the discharge. Meanwhile, the increase of the electron density, especially in the plasma bulk, leads to an increased electrical conductivity and a reduced bulk electric field, which would shield the ions' mobility. These changes result in enlarged striation gaps. And then, with more emitted electrons, obvious disruption of the striations is observed accompanied with a transition of electron heating mode. Due to the weakened field, the impact ionization in the plasma bulk is attenuated, compared with the enhanced ionization caused by secondary electrons. This would lead to the electron heating mode transition from striated (STR) mode to gamma-mode. Besides, our investigation further reveals that gamma-mode is more likely to dominate the discharge under high gas pressures or driving voltages.
Keywords: A1 Journal article; Plasma Lab for Applications in Sustainability and Medicine – Antwerp (PLASMANT)
Impact Factor: 3.302
Times cited: 2
DOI: 10.1088/1361-6595/AB17AE
|
|
|
“Climate variable choice in Ricardian studies of European Agriculture”. Vaitkeviciute J, Chakir R, Van Passel S, Revue économique 70, 375 (2019). http://doi.org/10.3917/RECO.703.0375
Abstract: The Ricardian model has been employed frequently to study the impact of climate change on European agriculture. This paper contributes to this literature by using a panel data of FADN EU regions and the period 2004-2012 and by taking into account both individual heterogeneity as well as spatial autocorrelation among EU regions. We tested three hypotheses related to the degree days model. Our results show that climate outside the defined growing season matters for European agriculture, and excluding it could underestimate climate change impacts. Our results should support public policy decisions about efficient and effective mitigation and adaptation policy measures in EU agriculture.
Keywords: A1 Journal article; Economics; Engineering Management (ENM)
DOI: 10.3917/RECO.703.0375
|
|
|
“Nanocrystal Core Size and Shape Substitutional Doping and Underlying Crystalline Order in Nanocrystal Superlattices”. Jishkariani D, Elbert KC, Wu Y, Lee JD, Hermes M, Wang D, van Blaaderen A, Murray CB, ACS nano 13, 5712 (2019). http://doi.org/10.1021/ACSNANO.9B01107
Abstract: Substitutional doping is a potentially powerful technique to control the properties of nanocrystal (NC) superlattices (SLs). However, not every NC can be substituted into any lattice, as the NCs have to be close in size and shape, limiting the application of substitutional doping. Here we show that this limitation can be overcome by employing ligands of various size. We show that small NCs with long ligands can be substituted into SLs of big NCs with short ligands. Furthermore, we show that shape differences can also be overcome and that cubes can substitute spheres when both are coated with long ligands. Finally, we use the NC effective ligand size, softness, and effective overall size ratio to explain observed doping behaviors.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Electron microscopy for materials research (EMAT)
Impact Factor: 13.942
Times cited: 6
DOI: 10.1021/ACSNANO.9B01107
|
|
|
“Raman fingerprint of stacking order in HfS2-Ca(OH)(2) heterobilayer”. Yagmurcukardes M, Ozen S, Iyikanat F, Peeters FM, Sahin H, Physical review B 99, 205405 (2019). http://doi.org/10.1103/PHYSREVB.99.205405
Abstract: Using density functional theory-based first-principles calculations, we investigate the stacking order dependence of the electronic and vibrational properties of HfS2-Ca(OH)(2) heterobilayer structures. It is shown that while the different stacking types exhibit similar electronic and optical properties, they are distinguishable from each other in terms of their vibrational properties. Our findings on the vibrational properties are the following: (i) from the interlayer shear (SM) and layer breathing (LBM) modes we are able to deduce the AB' stacking order, (ii) in addition, the AB' stacking type can also be identified via the phonon softening of E-g(I) and A(g)(III) modes which harden in the other two stacking types, and (iii) importantly, the ultrahigh frequency regime possesses distinctive properties from which we can distinguish between all stacking types. Moreover, the differences in optical and vibrational properties of various stacking types are driven by two physical effects, induced biaxial strain on the layers and the layer-layer interaction. Our results reveal that with both the phonon frequencies and corresponding activities, the Raman spectrum possesses distinctive properties for monitoring the stacking type in novel vertical heterostructures constructed by alkaline-earth-metal hydroxides.
Keywords: A1 Journal article; Condensed Matter Theory (CMT)
Impact Factor: 3.836
Times cited: 27
DOI: 10.1103/PHYSREVB.99.205405
|
|
|
“C3N Monolayer: Exploring the Emerging of Novel Electronic and Magnetic Properties with Adatom Adsorption, Functionalizations, Electric Field, Charging, and Strain”. Bafekry A, Shayesteh SF, Peeters FM, The journal of physical chemistry: C : nanomaterials and interfaces 123, 12485 (2019). http://doi.org/10.1021/ACS.JPCC.9B02047
Abstract: Two-dimensional polyaniline with structural unit C3N is an indirect semiconductor with 0.4 eV band gap, which has attracted a lot of interest because of its unusual electronic, optoelectronic, thermal, and mechanical properties useful for various applications. Adsorption of adatoms is an effective method to improve and tune the properties of C3N. Using first-principles calculations, we investigated the adsorption of adatoms, including H, O, S, F, Cl, B, C, Si, N, P, Al, Li, Na, K, Be, Mg, Ca, Sc, Ti, V, Cr, Mn, Fe, Co, Ni, Cu, and Zn, on C3N. Depending on the adatom size and the number of valence electrons, they may induce metallic, half-metallic, semiconducting, and ferromagnetic-metallic behavior. In addition, we investigate the effects of an electrical field, charging, and strain on C3N and found how the electronic and magnetic properties are modified. Semi- and full hydrogenation are studied. From the mechanical and thermal stability of C3N monolayer, we found it to be a hard material that can withstand large strain. From our calculations, we gained novel insights into the properties of C3N demonstrating its unique electronic and magnetic properties that can be useful for semiconducting, nanosensor, and catalytic applications.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Condensed Matter Theory (CMT)
Impact Factor: 4.536
Times cited: 81
DOI: 10.1021/ACS.JPCC.9B02047
|
|
|
“Synthesis and Characterization of Double Solid Solution (Zr,Ti)(2)(Al,Sn)C MAX Phase Ceramics”. Tunca B, Lapauw T, Delville R, Neuville DR, Hennet L, Thiaudiere D, Ouisse T, Hadermann J, Vleugels J, Lambrinou K, Inorganic chemistry 58, 6669 (2019). http://doi.org/10.1021/ACS.INORGCHEM.9B00065
Abstract: Quasi phase-pure (>98 wt %) MAX phase solid solution ceramics with the (ZryTi)(2)(Al-0.5,Sn-0.5)C stoichiometry and variable Zr/Ti ratios were synthesized by both reactive hot pressing and pressureless sintering of ZrH2, TiH2, Al, Sn, and C powder mixtures. The influence of the different processing parameters, such as applied pressure and sintering atmosphere, on phase purity and microstructure of the produced ceramics was investigated. The addition of Sn to the (Zr,Ti)(2)AlC system was the key to achieve phase purity. Its effect on the crystal structure of a 211-type MAX phase was assessed by calculating the distortions of the octahedral M6C and trigonal M(6)A prisms due to steric effects. The M(6)A prismatic distortion values were found to be smaller in Sn-containing double solid solutions than in the (Zr,Ti)(2)AlC MAX phases. The coefficients of thermal expansion along the < a > and < c > directions were measured by means of Rietveld refinement of high-temperature synchrotron X-ray diffraction data of (Zr1-x,Ti-x)(2)(Al-0.5,Sn-0.5)C MAX phase solid solutions with x = 0, 0.3, 0.7, and 1. The thermal expansion coefficient data of the Ti-2(Al-0.5,Sn-0.5)C solid solution were compared with those of the Ti2AlC and Ti2SnC ternary compounds. The thermal expansion anisotropy increased in the (Zr,Ti)(2)(Al-0.5,Sn-0.5)C double solid solution MAX phases as compared to the Zr-2(Al-0.5,Sn-0.5)C and Ti-2(Al-0.5,Sn-0.5)C end-members.
Keywords: A1 Journal article; Electron microscopy for materials research (EMAT)
Impact Factor: 4.857
Times cited: 3
DOI: 10.1021/ACS.INORGCHEM.9B00065
|
|
|
“In vitro and ex vivo assessment of microporous Faujasite zeolite (NaX-FAU) as a carrier for the oral delivery of danazol”. Kontogiannidou E, Karavasili C, Kouskoura MG, Filippousi M, Van Tendeloo G, Andreadis II, Eleftheriadis GK, Kontopoulou I, Markopoulou CK, Bouropoulos N, Fatouros DG, Journal of drug delivery science and technology 51, 177 (2019). http://doi.org/10.1016/J.JDDST.2019.02.036
Abstract: Microporous zeolite NaX-FAU has been systemically evaluated for the oral delivery of the poorly water-soluble compound danazol. For this purpose, danazol-loaded zeolitic particles were prepared by the incipient wetness method and were characterized by means of N-2 physisorption, X-ray diffraction (XRD), differential scanning calorimetry (DSC), thermogravimetric analysis (TGA) and high-resolution transmission electron microscopy (HRTEM). The zeolitic formulation shows a high drug payload and drug stability over a period of six months under accelerated storage conditions. The dissolution profile of danazol-loaded zeolitic particles was assessed in simulated gastric fluid (SGF) pH 1.2; fasted state simulated intestinal fluids (FaSSIF) and fed state simulated intestinal fluid (FeSSIF) showing a gradual and increasing drug dissolution in the different media. Ex vivo studies using the everted gut sac model show an increased drug transport across rat intestinal epithelium when loaded in the zeolitic particles. Our results suggest that microporous Faujasite zeolite (NaX-FAU) could be used as a drug delivery system to facilitate the oral delivery of poorly water soluble compounds.
Keywords: A1 Journal article; Pharmacology. Therapy; Electron microscopy for materials research (EMAT)
Impact Factor: 1.194
Times cited: 3
DOI: 10.1016/J.JDDST.2019.02.036
|
|
|
“Molecular dynamics simulations of initial Pd and PdO nanocluster growth in a magnetron gas aggregation source”. Brault P, Chamorro-Coral W, Chuon S, Caillard A, Bauchire J-M, Baranton S, Coutanceau C, Neyts E, Frontiers of Chemical Science and Engineering 13, 324 (2019). http://doi.org/10.1007/S11705-019-1792-5
Abstract: Molecular dynamics simulations are carried out for describing growth of Pd and PdO nanoclusters using the ReaxFF force field. The resulting nanocluster structures are successfully compared to those of nanoclusters experimentally grown in a gas aggregation source. The PdO structure is quasi-crystalline as revealed by high resolution transmission microscope analysis for experimental PdO nanoclusters. The role of the nanocluster temperature in the molecular dynamics simulated growth is highlighted.
Keywords: A1 Journal article; Plasma Lab for Applications in Sustainability and Medicine – Antwerp (PLASMANT)
Impact Factor: 1.712
Times cited: 3
DOI: 10.1007/S11705-019-1792-5
|
|
|
“Special Issue on future directions in plasma nanoscience”. Neyts EC, Frontiers of Chemical Science and Engineering 13, 199 (2019). http://doi.org/10.1007/S11705-019-1843-Y
Keywords: Editorial; Plasma Lab for Applications in Sustainability and Medicine – Antwerp (PLASMANT)
Impact Factor: 1.712
DOI: 10.1007/S11705-019-1843-Y
|
|
|
“Transmission and reflection mode macroscopic x-ray powder diffraction imaging for the noninvasive visualization of paint degradation in still life paintings by Jan Davidsz. de Heem”. Vanmeert F, De Keyser N, van Loon A, Klaassen L, Noble P, Janssens K, Analytical chemistry 91, 7153 (2019). http://doi.org/10.1021/ACS.ANALCHEM.9B00328
Abstract: The use of noninvasive chemical imaging techniques is becoming more widespread for the study of cultural heritage artifacts. Recently a mobile instrument for macroscopic X-ray powder diffraction (MA-XRPD) scanning was developed, which is capable of visualizing the distribution of crystalline (pigment) phases in quasi-flat-painted artifacts. In this study, MA-XRPD is used in both transmission and reflection mode for the analysis of three 17th century still life paintings, two paintings by Jan Davidsz. de Heem (1606-1684) and one copy painting after De Heem by an unknown artist. MA-XRPD allowed to reveal and map the presence of in situ-formed alteration products. In the works examined, two rare lead arsenate minerals, schultenite (PbHAsO4) and mimetite (Pb-5(AsO4)(3)Cl), were encountered, both at and below the paint surface; they are considered to be degradation products of the pigments realgar (alpha-As4S4) and orpiment (As2S3). In transmission mode, the depletion of lead white, present in the (second) ground layer, could be seen, illustrating the intrusive nature of this degradation process. In reflection mode, several sulfate salts, palmierite (K2Pb(SO4)(2)), syngenite (K2Ca(SO4)(2)center dot H2O), and gypsum (CaSO4 center dot 2H(2)O), could be detected, in particular, at the (top) surface of the copy painting. Estimates for the information depth and sensitivity of both transmission and reflection mode MA-XRPD for various pigments have been made. The possibility of MA-XRPD to allow for noninvasive identification and visualization of alteration products is considered a significant advantage and unique feature of this method. MA-XRPD can thus provide highly relevant information for assessing the conservation state of artworks and could guide possible future restoration treatments.
Keywords: A1 Journal article; AXES (Antwerp X-ray Analysis, Electrochemistry and Speciation)
Impact Factor: 6.32
Times cited: 5
DOI: 10.1021/ACS.ANALCHEM.9B00328
|
|
|
“A route towards the fabrication of 2D heterostructures using atomic layer etching combined with selective conversion”. Heyne MH, Marinov D, Braithwaite N, Goodyear A, de Marneffe J-F, Cooke M, Radu I, Neyts EC, De Gendt S, 2D materials 6, 035030 (2019). http://doi.org/10.1088/2053-1583/AB1BA7
Abstract: Heterostructures of low-dimensional semiconducting materials, such as transition metal dichalcogenides (MX2), are promising building blocks for future electronic and optoelectronic devices. The patterning of one MX2 material on top of another one is challenging due to their structural similarity. This prevents an intrinsic etch stop when conventional anisotropic dry etching processes are used. An alternative approach consist in a two-step process, where a sacrificial silicon layer is pre-patterned with a low damage plasma process, stopping on the underlying MoS2 film. The pre-patterned layer is used as sacrificial template for the formation of the top WS2 film. This study describes the optimization of a cyclic Ar/Cl-2 atomic layer etch process applied to etch silicon on top of MoS2, with minimal damage, followed by a selective conversion of the patterned Si into WS2. The impact of the Si atomic layer etch towards the MoS2 is evaluated: in the ion energy range used for this study, MoS2 removal occurs in the over-etch step over 1-2 layers, leading to the appearance of MoOx but without significant lattice distortions to the remaining layers. The combination of Si atomic layer etch, on top of MoS2, and subsequent Si-to-WS2 selective conversion, allows to create a WS2/MoS2 heterostructure, with clear Raman signals and horizontal lattice alignment. These results demonstrate a scalable, transfer free method to achieve horizontally individually patterned heterostacks and open the route towards wafer-level processing of 2D materials.
Keywords: A1 Journal article; Plasma Lab for Applications in Sustainability and Medicine – Antwerp (PLASMANT)
Impact Factor: 6.937
DOI: 10.1088/2053-1583/AB1BA7
|
|
|
“Orientation relationship of the austenite-to-ferrite transformation in austenitic stainless steels due to dissolution corrosion in contact with liquid Pb-Bi eutectic”. Charalampopoulou E, Cautaerts N, Van der Donck T, Schryvers D, Lambrinou K, Delville R, Scripta materialia 167, 66 (2019). http://doi.org/10.1016/J.SCRIPTAMAT.2019.03.035
Abstract: The orientation relationship of an austenite-to-ferrite phase transformation in 316L stainless steels induced by the loss of austenite stabilizers resulting from the steel dissolution corrosion in liquid Pb-Bi eutectic was studied by means of electron backscatter diffraction. The misorientations at the austenite/ferrite interface were compared to the prevailing orientation relationship models in steels. The Pitsch orientation relationship model was found to be predominant, which is unusual for austenite-to-ferrite bulk transformations in steels. The nature of this particular transformation, which involves loss of steel alloying elements and the presence of an interfacial liquid metal layer, is discussed to explain this finding. (C) 2019 Acta Materialia Inc. Published by Elsevier Ltd. All rights reserved.
Keywords: A1 Journal article; Engineering sciences. Technology; Electron microscopy for materials research (EMAT)
Impact Factor: 3.747
Times cited: 3
DOI: 10.1016/J.SCRIPTAMAT.2019.03.035
|
|
|
“Tunable 2D-gallium arsenide and graphene bandgaps in a graphene/GaAs heterostructure : an ab initio study”. Gonzalez-Garcia A, Lopez-Perez W, Gonzalez-Hernandez R, Rodriguez JA, Milošević, MV, Peeters FM, Journal of physics : condensed matter 31, 265502 (2019). http://doi.org/10.1088/1361-648X/AB0D70
Abstract: The bandgap behavior of 2D-GaAs and graphene have been investigated with van der Waals heterostructured into a yet unexplored graphene/GaAs bilayer, under both uniaxial stress along c axis and different planar strain distributions. The 2D-GaAs bandgap nature changes from Gamma-K indirect in isolated monolayer to Gamma-Gamma direct in graphene/GaAs bilayer. In the latter, graphene exhibits a bandgap of 5 meV. The uniaxial stress strongly affects the graphene electronic bandgap, while symmetric in-plane strain does not open the bandgap in graphene. Nevertheless, it induces remarkable changes on the GaAs bandgap-width around the Fermi level. However, when applying asymmetric in-plane strain to graphene/GaAs, the graphene sublattice symmetry is broken, and the graphene bandgap is open at the Fermi level to a maximum width of 814 meV. This value is much higher than that reported for just graphene under asymmetric strain. The Gamma-Gamma direct bandgap of GaAs remains unchanged in graphene/ GaAs under different types of applied strain. The analyses of phonon dispersion and the elastic constants yield the dynamical and mechanical stability of the graphene/GaAs system, respectively. The calculated mechanical properties for bilayer heterostructure are better than those of their constituent monolayers. This finding, together with the tunable graphene bandgap not only by the strength but also by the direction of the strain, enhance the potential for strain engineering of ultrathin group-III-V electronic devices hybridized by graphene.
Keywords: A1 Journal article; Condensed Matter Theory (CMT)
Impact Factor: 2.649
Times cited: 10
DOI: 10.1088/1361-648X/AB0D70
|
|